Detectieniveau voor afbeeldingen afstellen
U kunt de uitvoerniveaus van de gescande
beeldgegevens aanpassen.
Beschikbaar in het volgende scherm
Scherm afbeelding
bewerken
■ "Objectformaat negeren" opgeven
Kleine onnodige deeltjes (stippellijnen enz.) kunnen
worden uitgesloten om te worden herkend als
snijgegevens. In het volgende voorbeeld gaan we drie
afbeeldingen scannen van verschillend formaat (4 mm,
40 mm en 100 mm) en gebruiken daarbij de
grijstoonherkenningsmodus van de modus "Scannen om
te Snijden".
a
Selecteer een van de detectiemethoden en tik
vervolgens op "Objectformaat negeren" om het
instellingenscherm weer te geven.
b
Geef de minimale afmeting op voor de
ingescande delen (en lijnen) die u wenst om te
zetten in snijgegevens.
a Vergroten
b Toetsen voor aanpassing grootte
c Verhouding vergrendelen/ontgrendelen
80
Les 5; stap
a
(pagina 76) in
"Grijstoonherkenningsmodus"
c
of stap
(pagina 77) in
"Kleurherkenningsmodus"
a
b
c
1
Snijlijn wordt gemaakt
2
Snijlijn wordt niet gemaakt
Tik op de toets "OK" om de instellingen toe te
passen. Tik op
vorige scherm zonder de instellingen toe te passen.
■ Detectieniveau voor afbeeldingen instellen
(alleen grijstoonherkenningsmodus)
Converteer een afbeelding met een verloop of schaduw
naar een afbeelding met twee tinten (zwart-wit) en maak
vervolgens snijlijnen voor die afbeelding. U kunt het
detectieniveau voor afbeeldingen (drempel) opgeven.
In het volgende voorbeeld gaan we drie afbeeldingen
scannen met verschillende tinten (licht, gemiddeld, donker).
a
Tik op
in het functiekeuzescherm om
het instellingenscherm weer te geven.
b
Geef de drempel op voor het converteren van
een afbeelding naar een afbeelding met twee
tinten met
en
1
Snijlijn wordt gemaakt
2
Snijlijn wordt niet gemaakt
Tik op de toets "OK" om de instellingen toe te
passen. Tik op
vorige scherm zonder de instellingen toe te passen.
om terug te gaan naar het
.
om terug te gaan naar het