c
Tik op de toets "Voorbeeld" om het
bijgesneden gebied te bevestigen.
Alleen de snijlijnen verschijnen.
d
Tik op de toets "OK" op het mat
weergavescherm.
• Tik op de toets "Bewerken" om patronen te vullen
of omtreklijnen dikker te maken. Meer
bijzonderheden vindt u in "Patronen vullen/
omtrekken dikker maken met tekenfuncties" op
pagina 63. Daarnaast kunt u een patroon
verwijderen of meerdere patronen selecteren. Zie
"Meerdere patronen selecteren" op pagina 42 voor
meer informatie over het selecteren van meerdere
patronen.
• Tik op
of
geïmporteerde snijgegevens te bewerken. Meer
bijzonderheden vindt u in "Geavanceerde
snijfuncties voor "Direct Snijden"" op pagina 72.
e
Selecteer "Snijden" op het voorbeeld scherm.
f
Tik op de toets "Start" om te beginnen met
snijden.
• Voor meer informatie over het verwijderen van de
mat na het snijden volgt u de procedure onder
"Mat verwijderen" op pagina 30.
Kleurherkenningsmodus
a
b
om de
Op het scherm Afbeelding bijsnijden sleept u
met de touch-pen om de afbeelding bij te
snijden tot het te importeren formaat en
vervolgens tikt u op de toets "OK".
Memo
• Door de afbeelding bij te snijden op het
gewenste formaat, verkort u de tijd die nodig is
om deze te converteren naar snijgegevens.
Controleer de geïmporteerde afbeelding in het
scherm afbeelding bewerken.
De snijgegevens die u hebt gecreëerd,
verschijnen als zwarte lijnen.
c
a Toets Afbeeldingsdetectieniveau
Als de snijlijnen niet goed worden
gedetecteerd, wijzigt u het aantal te detecteren
kleuren. Als een kleur die verschijnt als één
kleur wordt gedetecteerd als afzonderlijke
kleuren, verkleint u het aantal kleuren. Als
kleuren naast elkaar met een min of meer
gelijke helderheid worden gedetecteerd als één
kleur, vergroot u het aantal kleuren.
4
a
b
d
71