Conformiteit met regelgeving en standaarden
Wanneer elektromagnetische interferentie (EMI) waargenomen wordt, bijvoorbeeld doordat u
vreemde geluiden uit de luidspreker van het CTG-apparaat hoort, probeer dan de bron ervan
op te sporen. Onderzoek het volgende:
• Wordt de interferentie veroorzaakt door slecht aangebrachte transducers? Zo ja, breng de transducer
dan correct, volgens de aanwijzingen in dit boek, of die in de gebruiksaanwijzing van het accessoire,
opnieuw aan.
• Is de interferentie intermitterend of constant?
• Komt interferentie alleen op bepaalde plekken voor?
• Komt de interferentie alleen voor in directe nabijheid van bepaalde medisch elektrische apparatuur?
Als de bron eenmaal gelokaliseerd is, kunnen er een aantal maatregelen genomen worden om het
probleem te verminderen:
De bron wegnemen. Schakel mogelijke bronnen van EMI uit of vergroot de afstand om de
1
sterkte ervan te verminderen.
2
De koppeling afzwakken. Als de koppeling veroorzaakt wordt door de patiëntkabel, kan de
interferentie worden gereduceerd door de kabel te verplaatsen en/of anders te rangschikken.
Als de koppeling optreedt via het netsnoer, kan het helpen als u het systeem op een ander
stopcontact aansluit.
3
Externe verzwakkers toevoegen. Als EMI een ernstig probleem is, kunnen externe apparaten van
pas komen, zoals een isolatietransformator of een piekspanningonderdrukker. Uw servicetechnicus
kan helpen om te bepalen of externe apparaten nodig zijn.
Waar duidelijk geworden is dat elektromagnetische interferentie de fysiologische metingen beïnvloedt,
dient een arts of door een arts daartoe geautoriseerd personeel, te bepalen in hoeverre dit van negatieve
invloed is op de diagnose en behandeling van de patiënt.
Systeemkarakteristieken
Bovengenoemd fenomeen is niet uniek voor dit systeem, maar karakteristiek voor de huidige
patiëntbewakingsapparatuur. De verschijnselen treden op doordat zeer gevoelige versterkers vereist
worden om de zwakke fysiologische signalen van de patiënt te verwerken. Bij de momenteel in gebruik
zijnde vergelijkbare klinische bewakingssystemen vormt interferentie uit elektromagnetische bronnen
zelden een probleem.
Elektromagnetische emissies en immuniteit
De EMC-standaarden stellen dat fabrikanten van aan de patiënt aangesloten apparatuur
immuniteitsniveaus voor hun systemen aangeven. Raadpleeg de tabellen 1 tot 4 voor deze
gedetailleerde informatie aangaande immuniteit. Zie tabel 5 voor de minimaal aanbevolen
afstand tussen portable en mobiele communicatie apparatuur en het product.
Immuniteit is gedefinieerd in de standaard als de capaciteit van een systeem om zonder vermindering
te functioneren in aanwezigheid van een elektromagnetische storing.
Daarom dient met voorzichtigheid omgegaan te worden met de vergelijking van immuniteitsniveaus
van verschillende apparaten. De criteria voor vermindering zijn niet altijd gespecificeerd door de
standaard en kunnen daarom van fabrikant tot fabrikant verschillen.
De term "monitor" betreft de Avalon FM20/30/40/50 foetale monitor met bijbehorende accessoires.
De tabel geeft details aangaande elektromagnetische stralingen, hoe die geclassificeerd worden voor de
monitor en de elektromagnetische omgeving waarin de monitor gespecificeerd is om technisch gezien
te kunnen functioneren.
24 Conformiteit met specificaties en standaarden
165