8.3 Instelling sanitair warm water modus (DHW MODE SETTING)
OPMERKING
Als DHW MODE is ingesteld op "NON", is de functie
niet beschikbaar en kan deze dus niet door de gebruiker
worden geselecteerd.
De tapwaterproductie wordt gegarandeerd door de in de
binnen unit geïntegreerde cv ketel. Het SWW-instelpunt
moet daarom op de ketelregelaar worden ingesteld (zie
"Aanpassing Sanitair warm water temperatuur" op pagina 65).
8.4 Instelling koelmodus (COOL MODE SETTING)
De instellingen voor de COOL MODE bestaan uit het volgende:
1. COOL MODE: instellen of de COOL MODE actief is of niet
2. T1S RANGE: Selectie van het bereik van de gewenste uittredetemperatuur
3. T4CMAX: instellen van de maximale bedrijfstemperatuur buitenlucht
4. T4CMIN: instellen van de minimale bedrijfstemperatuur buitenlucht
5. dT1SC: het temperatuurverschil instellen voor het starten van de warmtepomp
6. t_INTERVAL_C: om de stoptijd van de compressor in te stellen vóór de volgende
start in de koelmodus
Om te bepalen of de koelmodus effectief is, gaat u naar MENU>
FOR SERVICEMAN> COOL MODE SETTING. Druk op ''OK''.
De volgende pagina wordt weergegeven:
Wanneer de cursor op COOL MODE staat, gebruik ◄, ► om
''YES'' of ''NO'' te selecteren. Druk vervolgens op ''OK'' om de
koelmodus in of uit te schakelen.
RANGE staat. Gebruik ◄, ► om het bereik van de
uitlaatwatertemperatuur te selecteren. Wanneer LOW is
geselecteerd, is de minimale beoogde temperatuur 5°C. Als de
klimatologische curve-functie (komt overeen met "weather
temperature set." in de gebruikersinterface) is ingeschakeld, is
de geselecteerde curve de lage temperatuurcurve. Wanneer
HIGH is geselecteerd, is de minimale beoogde temperatuur
18°C. Als de klimatologische curve-functie (komt overeen met "
weather temperature set." in de gebruikersinterface) is
ingeschakeld, is de geselecteerde curve de hoge temperatuur
curve.
AFSTANDSBEDIENING – SERVICE MENU
Wanneer de cursor op T1S
3541V020 MANUAL OMNIA HYBRID C (NL)
Wanneer de cursor op T4CMAX, T4CMIN, dT1SC, dTSC of
t_INTERVAL_C staat, gebruikt u ◄, ► en ▼, ▲ om de
parameter te scrollen en aan te passen.
OPMERKING
Als de COOL MODE is ingesteld op "NON", is de functie niet
beschikbaar en kan deze dus niet door de gebruiker worden
geselecteerd.
T4CMAX is de maximale buitenluchttemperatuur in de
COOL-modus. het apparaat werkt niet als de
buitenluchttemperatuur hoger is.
T4CMIN is de minimale bedrijfstemperatuur van de buitenlucht
in de COOL-modus. Het apparaat wordt uitgeschakeld als
de buitenluchttemperatuur eronder daalt. Het verband tussen
de werking van het apparaat en de buitenlucht-
temperatuur wordt weergegeven hieronder:
dT1SC is het temperatuurverschil tussen T1 (werkelijke
uitlaatwater temperatuur) en T1S (beoogde uitlaatwater
temperatuur) voor het starten van het apparaat in de
koelmodus. Alleen wanneer T1 hoog genoeg is, wordt
het apparaat ingeschakeld en wordt het uitgeschakeld als T1
tot een bepaalde waarde daalt. Zie het diagram hieronder:
Opmerking over werking:
Minimale wateruitlaattemperatuur (Twout min) volgens de
buitenluchttemperatuur gemeten door de T4-sensor.
Met instelpunt T1S≤0 start het apparaat opnieuw wanneer
min (T1, Twout) ≥12°C; dus bijvoorbeeld met T1S = 7°C en
dT1SC = 3°C start het apparaat niet opnieuw wanneer T1 = 10
(7+3), maar het kan alleen opnieuw beginnen als T1 en Twout
minstens 12°C bereiken.
Als afstandsbediening is ingesteld als kamerthermostaat
(dankzij de activering van de temperatuur sensor in de
controller) is de parameter dTSC het temperatuurverschil
tussen Ta (interne gemeten kamertemperatuur) en TS
(intern instelpunt kamer temperatuur) kan het apparaat
opnieuw opstarten in de COOL MODE. Zie onderstaande
afbeelding.
53