Inhoudsopgave
Advertenties
Geval 3 toont een onderbroken remschakeltijd. De oorzaak hiervoor kan een weer geldige instelwaarde zijn of
een integratorstop veroorzaakt door een overbelasting. In beide gevallen wordt de berekening, zoals in geval 2,
opnieuw gestart. De gelijkstroomnamagnetiseringstijd wordt daardoor overeenkomstig verlengd.
Parameter
nr.
Naam
825
Brake application time (Remschakeltijd)
Tab. 66
8.4
Storingsbevestiging
De melding „Fout" wordt na succesvolle erkenning ingetrokken en de melding „Bedrijfsklaar" verschijnt. Zolang de
storingsoorzaak niet opgelost is, kan de storing niet worden bevestigd.
Alle storingsinformaties worden in het storingsgeheugen vastgehouden (zie „Diagnose", Pagina 75). De infor‐
matie van het foutgeheugen helpen u en de klantenservice bij het opheffen van storingen.
De volgende mogelijkheden van storingsbevestiging staan ter beschikking:
● Kortstondig deactiveren van de digitale ingang S1IND/STO A (fabrieksinstelling van de parameter 103).
● Net uit- en weer inschakelen.
De wachttijd is afhankelijk van het apparaattype. Wanneer te vroeg opnieuw wordt ingeschakeld, wordt de
storing niet bevestigd. Na het inschakelen heeft een nieuwe initialisering plaats.
De Dedrive Compact STO mag om de 60 s op het net worden geschakeld.
● Activeren van de
● Instellen van de parameter Program (Programm(eren)) 34 op de waarde 123.
8.5
Digitale ingangen en uitgangen
8.5.1
Algemene informatie over digitale ingangen en uitgangen
Let ook op de informatie over de technische gegevens van de in- en uitgangen in „Stuurklemmen",
Pagina 48.
8.5.2
Functietoewijzing van de digitale ingangen
Afhankelijk van de gewenste aansturing van de omvormer zijn ook verschillende toewijzingen van de digitale in‐
gangen voor het genereren van de instelwaarden van toepassing. Bovendien zijn nog meer vrije ingangen be‐
schikbaar die met extra functies kunnen worden bezet.
Aansturingwijzen
In de instelling 1 van de parameter Control Level (Bedieningsniveau) 28 kunnen voor de parameter
Drive control (Aansturing) 475 de volgende functies worden gekozen:
Aanduiding van de ba‐
Toelichting
sisfuncties
2 richtingssignalen (trap 1) en 1 verdere snelheid
10 -
SOST
(zie „Genereren van de instelwaarden in trappen (SOST)", Pagina 69)
2 richtingssignalen (trap 1) en versnelling
20 -
SOSP
(zie „Genereren van instelwaarden traploos met opslagfunctie (SOSP)", Pagina 70)
Tab. 67
Voor meer informatie zie „Ontwerpleidraad/gebruiksaanwijzing frequentieomvormer Dedrive Compact STO".
Ingangsfuncties
In leveringstoestand zijn de ingangen de volgende functies toegewezen:
66
Eenheid
Min.
Operational Behaviour ➜ Brake-Control (Bedrijfsgedrag ➜ Remaansturing)
[ms]
0
-knop op de bedieningseenheid.
Stop
Instelling
Max.
Fabrieksinst.
2000
100
Toelichting
Aantal bezette digitale
ingangen
3
3
Advertenties
Inhoudsopgave
