Download Print deze pagina

Honeywell System 57 Gebruiksaanwijzing pagina 88

Verberg thumbnails Zie ook voor System 57:

Advertenties

MAN0448_Uitgave 13_01-2010
005704-M-5001 A03249
HOOfDSTUK 4 - INSTALLATIE-INSTRUCTIES
12.4 4-20 mA-transmitteraansluitingen
Transmitters hebben een drie- of vierdraadaansluiting nodig. In de
sensordocumentatie staan de 0V- en +24V-vermogensaansluitingen
beschreven en de positieve en negatieve lusaansluitingen.
Aan System 57-zijde van de veldkabel moeten de sensorlusdraden
aangesloten zijn op de S, 01, NS-klemmen op de Quad-relaisinterfacekaart
die aangesloten is op de benodigde regelkaart met vier kanalen. De
exacte klemmen die worden gebruikt zijn afhankelijk van het feit of een
topologie met drie of vier draden is gebruikt, de vereiste van een current-
source-configuratie en het kanaal waarop het wordt aangesloten.
De stroomaansluiting voor de transmitter +24V en 0V moet worden
aangesloten op een geschikte dc-voeding.
Opmerking: Terminals 35 en 36 op de relaisinterfacekaart zijn alleen
ingangsterminals en kunnen niet worden gebruikt om de
transmitter van stroom te voorzien.
Het sensorkabelscherm of de staaldraadbewapening (of omvlechting)
moet op de aardgeleiding van het systeem aangesloten worden.
Dit gebeurt waar de kabel de kast binnen gaat met een metalen
kabelpakking of op een andere geschikte wijze, waarbij 'staarteinden'
in de kast worden vermeden.
Als de kabel bestaat uit een aparte schermbehuizing en draadbewapening
(of omvlechting), moet de bewapeningen bij de kastingang aangesloten
zijn op de aardgeleiding. De schermbehuizing moet worden aangesloten
op de AARDE-klem van de Quad-relaisinterfacekaart of op een geschikt
aardpunt van het instrument.
4-25
5704 Regelsysteem

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

5704