Het HVO-veld toont de tijd die voor HVO-ondersteu-
ning beschikbaar is, op basis van het geconfigu-
reerde interval en het in spuit B overblijvende volume
minus een eventueel in het protocol geprogrammeerd
en nog door spuit B af te geven volume.
HVO starten:
Druk in het hoofdscherm op START in het HVO-veld om HVO te activeren.
Als HVO loopt, verschijnt 'HVO' en gaan de pijlen bij HVO-injectie in de
indicator voor spuit B op het aanraakscherm knipperen.
Gedurende Pauze, Halt en/of injectievertragingsperiodes zal de HVO-functie
ingeschakeld blijven. De HVO-functie blijft na de injectie ingeschakeld totdat
er geen vloeistof meer is in spuit B of totdat er in het venster Injectie is
Uitgevoerd op STOP HVO wordt gedrukt.
Opmerking: Het volume dat wordt weergegeven in het venster Afge-
geven volume kan in de Setup-modus zodanig worden
geconfigureerd dat ook het totale afgegeven HVO-
volume plus het door de geprogrammeerde injectie
afgegeven volume erbij is inbegrepen.
De HVO-functie kan op elk gewenst moment worden beëindigd door het
indrukken van STOP in het HVO-veld of door het indrukken van een willekeu-
rige injectorkop-bedieningsknop (hierdoor wordt ook de systeemvrijgave
geannuleerd en worden eventuele nog in uitvoering zijnde injecties beëin-
digd). Ook andere handelingen waarmee de injector wordt uitgeschakeld,
zoals het uitnemen van de spuit, het drukken op de knop Vrijgave annuleren
of het blokkeren van de injectie, beëindigen de HVO-functie.
HVO en occlusies:
Indien tijdens HVO occlusie optreedt, wordt dit door het systeem
gedetecteerd nadat 4 keer afgifte van een HVO-bolus mislukt is. Dit is van
toepassing vanaf een configuratie van 1 minuut met een HVO-interval van
15 seconden tot een configuratie van 5 minuten met een HVO-interval
van 75 seconden. Raadpleeg het Setup-scherm om te zien wat de huidige
HVO-instelling is.
3 – Prepareren voor injectie
3 – 33