8.
ONDERHOUD
Het personeel dat handelt op de elektrische onderdelen of de delen van het koelcircuit moet bevoegd, opgeleid en gekwalificeerd zijn.
Onderhouds- of reparatiewerkzaamheden die de bijstand van ander geschoold personeel behoeven moeten worden uitgevoerd onder het toezicht
van een persoon die bevoegd is in het gebruik van ontvlambare koelmiddelen. Alle personen betrokken bij de service of het onderhoud van een
systeem of de bijbehorende onderdelen van de apparatuur moet voldoen aan de eisen van EN 13313.
Personen die werken op koelsystemen die ontvlambare koelmiddelen bevatten, moeten deskundig zijn in de veiligheidsaspecten van de
hantering van ontvlambare koelmiddelen, ondersteund door een bewijs van een adequate opleiding.
Niemand die werkzaamheden verricht met betrekking tot een koelsysteem met blootgestelde leidingen mag ontstekingsbronnen op een zodanige
wijze gebruiken dat dit brand- of explosiegevaar kan veroorzaken. Alle mogelijke ontstekingsbronnen, inclusief het roken van sigaretten, moeten
voldoende uit de buurt worden gehouden van de plaats van installatie, reparatie, verwijdering en afvoer, waarbij koelmiddel in de omgeving vrij kan
komen. Voordat er werkzaamheden worden uitgevoerd moet het gebied rond de apparatuur worden onderzocht om te controleren of er geen gevaar
op ontvlamming of ontstekingsrisico's aanwezig zijn. Er moeten borden met "Niet roken" worden geplaatst.
Bescherm het betrokken personeel altijd met de persoonlijke beschermingsmiddelen die noodzakelijk zijn voor de uit te voeren werkzaamheden.
Vaak gebruikte persoonlijke beschermingsmiddelen zijn: Helm, veiligheidsbril, handschoenen, oorkappen en veiligheidsschoenen. Aanvullende
persoonlijke en gemeenschappelijke beschermingsmiddelen moeten worden toegepast op basis van een adequate analyse van de gebi edsspecifieke
risico's, afhankelijk van de uit te voeren werkzaamheden.
Elektrische
Voer nooit werkzaamheden aan elektrische onderdelen uit voordat de hoofdstroomvoorziening van de machine is
onderdelen
uitgeschakeld middels de hoofdschakelaar op het elektrische paneel. Wacht na het uitschakelen van de
stroomvoorziening 10 minuten voordat u het schakelbord opent, om het risico van hoge spanning als gevolg van het
ontsteken van de condensatoren te voorkomen.
koelsysteem
Bij werkzaamheden op het koelcircuit moeten de volgende voorzorgsmaatregelen worden getroffen:
• vraag toestemming voor werkzaamheden bij hoge temperaturen (indien nodig);
• zorg ervoor dat er in het werkgebied geen ontvlambare materialen zijn opgeslagen en dat er geen sprake is van
ontstekingsbronnen;
• zorg ervoor dat er gepaste brandblusmiddelen beschikbaar zijn;
• zorg ervoor dat het werkgebied goed geventileerd wordt alvorens te werken aan het koelcircuit en alvorens
werkzaamheden voor lassen, hardsolderen of zachtsolderen worden uitgevoerd;
• zorg ervoor dat de gebruikte lekdetectieapparatuur niet vonkvormend is, goed is afgedicht of intrinsiek veilig is;
• zorg ervoor dat al het onderhoudspersoneel instructies heeft verkregen;
• voer altijd de volgende procedure uit voordat wordt begonnen met werkzaamheden aan het koelcircuit:
• verwijder het koelmiddel (geef de restdruk aan);
• spoel het systeem met inert gas (bijv. stikstof);
• ledig bij een druk van 0,3 bar (eenheid) (of 0,03 MPa);
• spoel het systeem nogmaals met inert gas (bijv. stikstof);
• open het circuit.
Als de compressor of de compressorolie verwijderd moeten worden, moet gecontroleerd worden dat het wordt
afgevoerd naar een aanvaardbaar niveau om ervoor te zorgen dat er geen ontvlambaar koelmiddel in het smeermiddel
achter blijft.
Maak uitsluitend gebruik van apparatuur voor de terugwinning van koelmiddel die geschikt is voor gebruik met
ontvlambare koelmiddelen.
Als de nationale voorschriften of regelgeving toestaan dat het koelmiddel wordt afgetapt, moet die op veilige manier
gebeuren, met gebruik van bijvoorbeeld een slang door middel waarvan het koelmiddel wordt afgevoerd naar de
buitenlucht in een veilig gebied. Zorg ervoor dat er in de nabijheid van een ontstekingsbron geen ontvlambare of
explosieve concentratie van koelmiddel kan ontstaan en dat het middel onder bepaalde omstandigheden niet in een
gebouw kan binnendringen.
In geval van koelsystemen met een indirect systeem moet de vloeistof voor warmteoverdracht gecontroleerd worden
op de mogelijke aanwezigheid van koelmiddel.
Na eventueel uitgevoerde reparatiewerkzaamheden moeten de veiligheidsvoorzieningen, bijvoorbeeld de detectors van
koelmiddel en de mechanische ventilatiesystemen, gecontroleerd worden en moeten de resultaten worden
aangetekend.
Zorg ervoor dat ontbrekende of onleesbaar geworden plaatjes op de onderdelen van het koelcircuit worden vervangen.
Voor het opsporen van koelmiddellekken mag geen gebruik worden gemaakt van ontstekingsbronnen.
D-EIMHP01505-22_00NL 43/59