OPMERKING: Indien de berekende waarde van A
Als twee systemen naast elkaar in de richting van hun langere zijden, A en C, worden geïnstalleerd, is de minimaal aanbevolen afstand tussen
deze systemen 1000 mm; als twee eenheden naast elkaar in de richting hun kortere zijden, de zijden B en D, worden geïnstalleerd, moet de
minimale afstand tussen deze systemen 500 mm zijn. Als het systeem wordt geïnstalleerd zonder de aanbevolen minimale afstanden tot muren
en/of verticale obstakels in acht te nemen, kan een combinatie van warme luchtrecirculatie en/of onvoldoende toevoer naar de luchtgekoelde
condensor optreden, wat kan leiden tot een vermindering van vermogen en efficiëntie.
In ieder geval kan het systeem zich door middel van de microprocessor aanpassen aan de nieuwe bedrijfsomstandigheden en onder alle
omstandigheden het maximaal beschikbare vermogen leveren, ook wanneer de zijdelingse afstanden minder zijn dan aanbevolen, te nzij de
bedrijfsomstandigheden van invloed zijn op de veiligheid van het personeel of de betrouwbaarheid van het systeem.
Afbeelding 8 – Eenheden naast elkaar geïnstalleerd langs hun kortere zijden, B of D
Geval 1
Afbeelding 9 – Eenheden naast elkaar geïnstalleerd langs hun kortere zijden, (Geval 1 en Geval 2)
De bovenstaande minimale afstanden verzekeren de goede werking van het systeem voor de meeste toepassingen.
4.4.
Plaatsing en montage van de binnenunit
De buiten- en binnenunit moet worden geïnstalleerd voordat het koudemiddel en waterleiding wordt aangesloten.
Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de volgende hoofdstukken:
Algemene veiligheidsmaatregelen
Voorbereiding
Zorg ervoor dat de eenheid op een voldoende stevige ondergrond wordt geïnstalleerd om trillingen en lawaai te voorkomen.
De voorkeursinstallatie is op een stevige longitudinale fundering (stalen balk of beton).
D-EIMHP01505-22_00NL 18/59
en/of C
hoger is dan 2000 mm, beschouw 2000 mm als minimale afstand.
1
1
Geval 2