Pagina 1
Bewerking Datum April 2021 Vervangt D-EOMHP01301-20_01NL Bedieningshandleiding D-EOMHP01301-20_02NL Luchtgekoeld koelsysteem/warmtepomp met scroll- compressoren EWYT_B EWYT_B...
Pagina 4
CxOff BadFeedbackVlvMech – Alarm onjuiste feedback van kleppen in Mechanische modus (alleen Koelen) 5.6.16 CxOff BadFeedbackVlvMechPd – Alarm onjuiste feedback van kleppen in Mechanische modus leegpompen 5.6.17 (alleen Koelen)................................60 CxOff BadFeedbackVlvFCPd – Alarm onjuiste feedback van kleppen in modus FreeCooling leegpompen 5.6.18 (alleen Koelen)................................
VEILIGHEIDSOVERWEGINGEN Algemeen Installatie, inbedrijfstelling en onderhoud van apparatuur kan gevaarlijk wanneer bepaalde factoren van de installatie niet in beschouwing genomen worden: werkdruk, de aanwezigheid van elektrische componenten en spanningen en de plaats van installatie (verhoogde plinten en opgebouwde structuren). Alleen goed geschoolde installateurs en zeer geschoolde installateurs en technici, met een volledige opleiding voor het product, zijn bevoegd voor het op e en veilige manier installeren en opstarten van de apparatuur.
ALGEMENE BESCHRIJVING Basisinformatie ® Microtech IV is een systeem voor het regelen van lucht-/watergekoelde koelmachines met één of twee circuits. ® MicroTech IV regelt het opstarten van de compressor die nodig is om het afvoerwater dat de warmtewisselaar verlaat op de gewenste temperatuur te houden.
LET OP: Handhaaf de juiste polariteit bij het aansluiten van de voeding naar de platen, anders zal de perifere bus-communicatie niet werken en kunnen de platen beschadigd raken. Communicatiemodules Alle onderstaande modules kunnen rechtstreeks aangesloten worden op de linkerzijde van de hoofdregeleenheid, voor de werking van een BAS of een andere externe interface.
GEBRUIK VAN DE REGELEENHEID De standaard HMI bestaat uit een ingebouwde display (A) met 3 toetsen (B) en een druk-en-draaiknop (C). Het toetsenblok/display (A) bestaat uit een display met 5 regels en 22 tekens. De functie van de drie toetsen (B) wordt hieronder beschreven: Alarmstatus (vanaf elke pagina die verbonden is met de alarmlijst, het alarmlogboek en het alarm-snapshot indien ...
Op de pagina Enter Password (Wachtwoord invoeren), zal de regel met het veld wachtwoord gemarkeerd worden om aan te geven dat het veld aan de rechterzijde gewijzigd kan worden. Dit geeft een instelwaarde voor de regeleenheid weer. Door op de druk-en-draaiknop te drukken, zal het afzonderlijke veld gemarkeerd worden zodat het numerieke wachtwoord gemakkelijk ingevoerd kan worden.
LED BUS LED BUS Bacnet MSTP IP Bacnet Modbus Klaar voor communicatie. (Alle parameters geladen, Klaar voor communicatie. Klaar voor communicatie. Continu Neuron geconfigureerd). De BACnet-Server is De BACnet-Server is Alle communicatie groen Geeft geen communicatie gestart. Geeft geen gestart. Geeft geen functioneert.
De externe HMI kan uitgebreid worden tot 700m met behulp van de proces busverbinding die beschikbaar is op de RE. Met een serieschakelingverbinding zoals hieronder, kan een enkele HMI aangesloten worden op maximaal 8 apparaten. Zie de specifieke HMI-handleiding voor nadere informatie. Geïntegreerde webinterface ®...
WERKEN MET DIT SYSTEEM On/Off koelsysteem In de fabrieksinstelling kan het systeem door de gebruiker beheerd worden door middel van de keuzeschakelaar Q0, aanwezig in het schakelbord, die drie standen kan aannemen: 0 – Lokaal – Extern. Systeem uitgeschakeld Systeem ingeschakeld voor de start van de compressoren (Lokaal) On/Off systeem wordt beheerd door het fysieke contact “On/Off extern”.
Circuit #X ingeschakeld Test Circuit #X in testmodus. Deze functie mag uitsluitend gebruikt worden door opgeleid personeel of de servicedienst van Daikin 4.1.2 Functies Scheduler en Stille modus De functie Scheduler kan gebruikt worden wanneer er een programmering voor de automatische start/stop van het koelsysteem nodig is.
On 2 - Stil Systeem ingeschakeld - Setpoint water 2 geselecteerd - Stille modus ventilator geactiveerd Wanneer de functie Stille modus ventilator geactiveerd is, wordt het geluidsniveau van het koelsysteem beperkt door de maximale snelheid van de ventilatoren te verminderen. De onderstaande tabel toont in welke mate de maximale snelheid wordt verminderd voor verschillende soorten systemen.
De overschakeling tussen primair en secundair setpoint kan worden uitgevoerd door middel van het contact Dubbel setpoint, altijd beschikbaar in de aansluitkast van de gebruiker, of door middel van de functie Scheduler. Het contact Dubbel setpoint functioneert als volgt: Contact geopend, het primaire setpoint is geselecteerd Contact gesloten, het secundaire setpoint is geselecteerd Verwijs, om met de Scheduler over te schakelen tussen het primaire en secundaire setpoint, naar paragraaf 4.1.2.
Parameter Bereik Beschrijving Bereik systeem Verwarmen/koelen Stel deze modus in wanneer er een dubbele modus Koelen/Verwarmen Alleen nodig is. Deze instelling houdt een dubbele werking in, die geactiveerd warmtepomp wordt door middel van de schakelaar Koelen/Verwarmen-schakelaar op het schakelbord • Schakelaar op KOELEN: Het koelsysteem functioneert in de modus Koelen met LWT Koelen als het Actieve Setpoint.
Deze modus houdt in dat de tijd benodigd voor de start van de compressoren na een tijd van uitschakeling mogelijk verlengd kan worden tot maximaal 90 minuten. Voor tijdkritische toepassingen kan de functie energiebesparing door de gebruiker gedeactiveerd worden om ervoor te zorgen dat de compressor binnen 1 minuut na de opdracht On start.
Schakelaar De schakelaar Q0 is op 0 geplaatst of het Externe On/Off-contact is systeem geopend. Test De bedrijfsmodus van het systeem is ingesteld op Test. Deze modus wordt geactiveerd om de werking van de geïnstalleerde actuatoren en sensoren te controleren. Controleer met uw onderhoudsdienst of de modus kan worden teruggezet naar een modus die compatibel is met de applicatie van het systeem (View/Set Unit –...
Pagina 19
Modus Koelen Modus Verwarmen Eerste start Gecontroleerde temperatuur > Setpoint + DT Gecontroleerde temperatuur < Setpoint - DT compressor opstarten opstarten Start andere Gecontroleerde temperatuur > Setpoint + DT Gecontroleerde temperatuur < Setpoint - DT compressoren sequentieel inschakelen sequentieel inschakelen Stop laatste Gecontroleerde temperatuur <...
De instellingen voor thermostaatregeling zijn toegankelijk via de Main Page (Hoofdpagina)→Thermostatic Control (Thermostaatregeling) Parameter Bereik Beschrijving Opstarten DT Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint voor de start van het systeem (start van eerste compressor) Uitschakelen DT Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint voor de stop van het systeem (uitschakeling laatste compressor) Sequentieel inschakelen DT Temperatuurverschil ten opzichte van het actieve setpoint voor de...
Denk eraan om regelmatig de batterij van de regeleenheid te controleren, opdat de datum en tijd altijd worden bijgewerkt, ook wanneer de elektriciteitsvoorziening ontbreekt. Raadpleeg hiervoor het hoofdstuk inzake het onderhoud Pompen De UC kan één of twee waterpompen beheren. Het aantal pompen en hun prioriteit kan worden ingesteld via de Main Page (Hoofdpagina)→View/Set Unit (Weergave/Instelling Systeem)→Pumps (Pompen).
De configuratie gebeurt via het menu Commissioning (Inbedrijfstelling) → Configuration (Configuratie) → Options (Opties) Parameter Bereik Beschrijving Ext Alarm Gebeurtenis De configuratie van de gebeurtenis genereert een alarm in de regeleenheid, maar het systeem blijft functioneren. Snelle stop De configuratie snelle stop genereert een alarm in de regeleenheid en voert een snelle stop van het systeem uit.
Denk eraan dat de parameters van een specifieke strategie pas beschikbaar zijn nadat de Reset Setpoint is ingesteld op een specifieke waarde en de regeleenheid opnieuw is gestart. 4.10.2.1 Reset Setpoint door OAT (alleen A/C-systemen) Wanneer als Reset Setpoint de optie OAT wordt geselecteerd, wordt het actieve setpoint LWT (AS) berekend met de toepassing van een correctie van het basissetpoint, afhankelijk van de omgevingstemperatuur (OAT) en van de huidige bedrijfsmodus van het systeem (modus Verwarmen of Koelen).
Parameter Standaar Bereik Beschrijving Huidige reset De Huidige Reset toont de correctie die op het basissetpoint wordt toegepast. 0.0°C 10.0°C Max Reset (MR) 5.0°C Reset Setpoint. Vertegenwoordigt maximale temperatuurwijziging die door de selectie van de optie 4-20mA veroorzaakt wordt op de LWT. Delta T Dit is het huidige temperatuurverschil verdamper.
4.12 Instelling IP regeleenheid De pagina voor de instelling van de IP van de regeleenheid is bereikbaar via het Main Menu (Hoofdmenu) → View/Set Unit (Weergave/Instelling Systeem) → Controller IP Setup (Instelling IP Regeleenheid). Alle informatie over de huidige instellingen voor MT4 IP-Netwerk worden op deze pagina weergegeven, zoals aangegeven in de onderstaande tabel: Parameter Bereik...
De pagina Daikin on Site(DoS) kan geopend worden via het Main Menu (Hoofdmenu= → View/Set Unit (Weergave/Instelling Systeem) → Daikin On Site. Voor het gebruik van de hulpfunctie DoS moet de klant het serienummer aan Daikin meedelen en zicht abonneren op de DoS-service. Vervolgens is het op deze pagina mogelijk om: •...
(Geactiveerd). Houd anders de parameter ingesteld op Disable (Gedeactiveerd). In het onwaarschijnlijke geval dat de PLC wordt vervangen, kan de verbinding met DoS worden overgedragen vanaf de oude naar de nieuwe PLC door enkel de huidige Activation Key (Activeringscode) aan Daikin mee te delen. 4.14 Warmteterugwinning De regeleenheid van het systeem is in staat tot een totale of gedeeltelijke warmteterugwinning.
Pagina 30
De “Status C1/2” vertegenwoordigt de huidige status van de Snelle-herstartprocedure voor elk circuit. Snelle herstart wordt geactiveerd onder de volgende voorwaarden: • De stroomstoring duurt reeds 180 seconden • De schakelaars van het systeem en de circuits zijn AAN • Er zijn geen alarmen van het systeem of de circuits.
4.16 FreeCooling (Alleen koeling) De pagina FreeCooling kan geopend worden via het Main Menu (Hoofdmenu) → View/Set Unit (Weergave/Instelling Systeem) → FreeCooling. Parameter Bereik Beschrijving FC OPT State Uitschakelen De optie is niet ingeschakeld met de nodige inputs, of kan niet functioneren omwille van thermodynamische problemen Inschakelen De optie is correct ingeschakeld...
Pagina 32
Op deze pagina kan gebladerd worden door de pagina’s “Valves Circuit 1 (Kleppen Circuit 1)” en “Valves Circuit 2 (Kleppen Circuit 2)”, en beide pagina’s bevatten: Afbeelding 1 Kleppen Circuit 1 Parameter Bereik Beschrijving Status Het circuit heeft de status Off Omschakeling Het circuit schakelt de klep om naar de modus FreeCooling Regeling Het circuit functioneert in de modus FreeCooling en regelt de ventilator...
4.16.1 Schakelaar FreeCooling De On/Off van de functie FreeCooling kan door de gebruiker beheerd worden door middel van de keuzeschakelaar SFC, aanwezig in het schakelbord, die twee standen kan aannemen : 0 – 1. FreeCooling gedeactiveerd. FreeCooling geactiveerd. Om op het systeem de werking in de modus FreeCooling te activeren, moeten zowel de schakelaar FreeCooling en de parameter “FreeCooling”...
4.17 Collectieve huisvesting (Functie Omschakeling, alleen Warmtepomp) De invoering van een functie is vereist, voor de automatische wijziging van de bedrijfsmodus van het s ysteem tussen warmtepomp en koeler, afhankelijk van de temperatuurwaarde gelezen door een sonde die “Sonde omschakeling” genoemd kan worden, aangebracht in het systeem.
De Optieset en het Wachtwoord worden in de fabriek geüpdatet. Als de klant zijn Optieset wenst te wijzigen, moet hij contact opnemen met het personeel van Daikin en een nieuw wachtwoord aanvragen. Zodra het nieuwe wachtwoord wordt meegedeeld, kan de klant door middel van de volgende stappen de Optieset zelfstandig wijzigen: 1.
Als de regeleenheid defect is en/of om enige reden vervangen moet worden, moet de klant de Optieset met een nieuw wachtwoord configureren. Als deze vervanging is gepland, kan de klant aan het personeel Daikin een nieuw wachtwoord vragen en de stappen van hoofdstuk 4.18.1 herhalen.
4.18.3 Softwareoptie Modbus MSTP Als de softwareoptie “Modbus MSTP” geactiveerd is en de regeleenheid opnieuw gestart wordt, is de pagina voor de instellingen van het communicatieprotocol bereikbaar via het pad: Main Menu (Hoofdmenu)→Commission Unit (Inbedrijfstelling unit)→SW Modbus MSTP De waarden die kunnen worden ingesteld zijn dezelfde als die op de pagina opties Modbus MSTP met de betreffende driver gevonden kunnen worden en zijn afhankelijk van het specifieke systeem waarin de unit geïnstalleerd is.
4.18.4 BACNET MSTP Als de softwareoptie “BACnet MSTP” geactiveerd is en de regeleenheid opnieuw gestart wordt, is de pagina voor de instellingen van het communicatieprotocol bereikbaar via het pad: Main Menu (Hoofdmenu)→Commission Unit (Inbedrijfstelling unit)→SW BACNet MSTP De waarden die kunnen worden ingesteld zijn dezelfde als die op de pagina opties BACNet MSTP met de betreffende driver gevonden kunnen worden en zijn afhankelijk van het specifieke systeem waarin de unit geïnstalleerd is.
4.18.5 IP BACNET Als de softwareoptie “BACnet IP” geactiveerd is en de regeleenheid opnieuw gestart wordt, is de pagina voor de instellingen van het communicatieprotocol bereikbaar via het pad: Main Menu (Hoofdmenu)→Commission Unit (Inbedrijfstelling unit)→SW BACNet IP De waarden die kunnen worden ingesteld zijn dezelfde als die op de pagina opties BACNet MSTP met de betreffende driver gevonden kunnen worden en zijn afhankelijk van het specifieke systeem waarin de unit geïnstalleerd is.
ALARMEN EN PROBLEMEN OPLOSSEN De regeleenheid beschermt het systeem en de onderdelen tegen het werken onder abnormale omstandigheden. De veiligheidsvoorzieningen kunnen onderverdeeld worden in preventies en alarmen. Alarmen kunnen vervolgens onderverdeeld worden in alarmen voor afvoer en snelle stop. Afzuigingsalarmen worden geactiveerd wanneer het syste em of subsysteem ondanks abnormale bedrijfsomstandigheden een normale uitschakeling uit kan voeren.
5.1.3 EvapPump1Fault - Storing pomp verdamper #1 Dit alarm wordt gegenereerd als de pomp gestart wordt maar de debietregelaar niet binnen de recirculatietijd kan sluiten. Dit kan een tijdelijke toestand zijn of kan te wijten zijn aan een defecte debietregelaar, de activering van een stroomonderbreker, zekeringen of een storing van de pomp.
5.1.6 Storing sensor temperatuur schakelkast Dit alarm wordt telkens gegenereerd wanneer de ingangsweerstand zich buiten een aanvaardbaar bereik bevindt. Symptoom Oorzaak Oplossing Status systeem is On De sensor is defect. Controleer de intacte staat van de sensor Het pictogram van de bel op het display volgens de tabel en het toegestane kOhm van de regeleenheid beweegt.
5.1.9 HeatRec LvgWTempSen - Storing sensor wateruitlaattemperatuur warmteterugwinning Dit alarm wordt telkens gegenereerd wanneer de ingangsweerstand zich buiten een aanvaardbaar bereik bevindt. Symptoom Oorzaak Oplossing Warmteterugwinning is Off De sensor is defect. Controleer de intacte staat van de sensor Het pictogram van de bel op het display volgens de tabel en het toegestane kOhm ...
Option2BoardComm – Communicatiestoring optionele kaart 2 5.1.12 Dit alarm wordt gegenereerd in geval van communicatieproblemen met de AC-module. Symptoom Oorzaak Oplossing Status systeem is Off. De module wordt niet gevoed Controleer de stroomvoorziening van de Alle circuits worden onmiddellijk gestopt. connector aan de zijkant van de module.
Lokale HMI Netwerk Auto LoadPDSen – storing sensor drukval belasting 5.1.15 Dit alarm geeft aan dat de omvormer voor de drukval van de belasting niet goed functioneert. Deze omvormer wordt alleen gebruikt met pompregeling VPF. Symptoom Oorzaak Oplossing De snelheid van de pomp wordt ingesteld De sensor is defect.
String in de alarmlijst: Sensor is kortgesloten. Controleer met een weerstandsmeter of de UnitOffLvgEntWTempSen sensor kortgesloten is. String in het logboek alarmen: De sensor is niet goed aangesloten (open). Controleer dat er in de elektrische UnitOffLvgEntWTempSen contacten geen vocht of water aanwezig String in snapshot alarm UnitOffEvpLvgWTempSen Controleer of de elektrische aansluitingen...
String in de alarmlijst: Sensor is kortgesloten. Controleer met een weerstandsmeter of de UnitOff CollHsngWTempSen sensor kortgesloten is. String in het logboek alarmen: De sensor is niet goed aangesloten (open). Controleer dat er in de elektrische UnitOff CollHsngWTempSen contacten geen vocht of water aanwezig String in snapshot alarm UnitOff CollHsngWTempSen Controleer of de elektrische aansluitingen...
UnitOff EvapWaterTmpLow String in snapshot alarm Sensoren aflezing (ingaand of uitgaand) Controleer de watertemperaturen met een UnitOff EvapWaterTmpLow zijn niet goed gekalibreerd. geschikt instrument en pas de offsets aan. Onjuist setpoint bevriezingsgrens. De bevriezingsgrens werd niet gewijzigde als een functie van de glycolpercentage. Reset ...
5.3.5 UnitOff EvapWaterFlow - Alarm verlies waterdebiet verdamper Dit alarm wordt gegenereerd in geval van een debietverlies naar het koelsysteem, om de machine tegen bevriezing te beschermen. Symptoom Oorzaak Oplossing Status systeem is Off. Geen waterstroming gedetecteerd Controleer het filter van de waterpomp en het Alle circuits worden onmiddellijk gestopt.
Circuit-gebeurtenissen [Circuit Events] Cx CompXStartFail – Gebeurtenis storing start compressor 5.4.1 Deze gebeurtenis wordt gegenereerd om aan te geven dat de compressor “x” niet correct is gestart. Symptoom Oorzaak Oplossing De status van de compressor is Off. De compressor is geblokkeerd. Controleer de intacte staat van de als de compressor als eerste werd compressor.
Lokale HMI Netwerk Auto Cx CondPressUnload – Gebeurtenis ontlasten hoge druk condensor 5.4.4 Deze gebeurtenis wordt gegenereerd om aan te geven dat het circuit gepartialiseerd is door een compressor uit schakelen, als gevolg van een gedetecteerde hoge waarde van de condensatiedruk. Dit is belangrijk voor de betrouwbaarheid van de compressor.
Lokale HMI Netwerk Auto 5.4.7 CxStartFail - Storing start Dit alarm wordt bij de start van het circuit gegeneerd bij een lage verdampingsdruk en een lage verzadigde condensatietemperatuur. Dit alarm is auto-reset en treedt op wanneer het systeem automatisch probeert om het circuit opnieuw op te starten.
String in het logboek alarmen: De sensor is niet goed aangesloten Controleer of de sensor op de leiding van CxOff OffSuctTempSen (open). het koelcircuit goed geïnstalleerd is. Controleer dat er in de elektrische String in snapshot alarm CxOff OffSuctTempSen contacten van de sensor geen vocht of water aanwezig is.
De status van het circuit is OFF. De sensor is defect. Controleer de intacte staat van de sensor. Het circuit wordt gestopt. Controleer of de sensor goed werkt Het pictogram van de bel op het display volgens de informatie over mVolt (mV) van de regeleenheid beweegt.
Controleer de locatie waar het apparaat geïnstalleerd is en controleer of er geen kortsluiting is van de hete lucht die geblazen wordt uit de ventilatoren van dit apparaat, of zelfs van de ventilatoren van de volgende koelapparaten (controleer IOM voor een correcte installatie). Eén of meerdere ventilatoren van de Controleer de correcte fasevolgorde (L1, condensor draait/draaien in de verkeerde...
CxOff RestartFault – Storing herstart 5.6.6 Dit alarm wordt gegenereerd wanneer de interne beveiliging van de compressor ingrijpt Symptoom Oorzaak Oplossing Compressor X is Off Dit alarm wordt 165 seconden na de start Verwijs naar het alarm lage druk. Het pictogram van de bel op het display van het circuit gegenereerd, als de van de regeleenheid beweegt.
5.6.7 CxOff MechHighPress - Alarm mechanische hoge druk Dit alarm wordt gegenereerd wanneer de druk van de condensator boven de limiet voor mechanische hoge druk stijgt waardoor dit apparaat de stroomvoorziening naar alle hulprelais opent. Dit veroorzaakt een onmiddellijke uitschakeling van de compressor en alle andere actuatoren in dit circuit.
5.6.9 Cx FailedPumpdown - Afzuigingsprocedure mislukt Dit alarm wordt gegenereerd om aan te geven dat het circuit er niet is in geslaagd om al het koelmiddel uit de verdamper te verwijderen. Dit alarm wordt automatisch gewist zodra de compressor stopt, en wordt dus alleen in de alarmgeschiedenis wordt geregistreerd.
5.6.12 CxOff LowPrRatio - Alarm verhouding lage druk Dit alarm geeft aan dat de verhouding tussen de verdampingsdruk en de condensatiedruk onder een grenswaarde ligt die de juiste smering van de compressor garandeert. Symptoom Oorzaak Oplossing De status van het circuit is OFF. De compressor in niet in staat om de Controleer instelwaarde...
Cx BadFeedbackVlvFC – Alarm onjuist feedback van kleppen in modus FreeCooling (alleen Koelen) 5.6.15 Dit alarm wordt gegenereerd wanneer het systeem in de modus FreeCooling functioneert en de feedback voor sluiting van de mechanische kleppen gelijk is aan “NIET WAAR”, of de feedback voor opening van de kleppen FreeCooling gedurende een bepaalde tijd gelijk is aan “NIET WAAR”.
Lokale HMI Netwerk Auto CxOff BadFeedbackVlvFCPd – Alarm onjuiste feedback van kleppen in modus FreeCooling leegpompen 5.6.18 (alleen Koelen) Dit alarm wordt gegenereerd wanneer het circuit in de modus FreeCooling afzuiging functioneert en de feedback voor opening van de FreeCooling kleppen gelijk is aan “WAAR”, of de feedback voor sluiting van de mechanische kleppen gedurende een bepaalde tijd gelijk is aan “NIET WAAR”.
Pagina 62
Deze publicatie is opgesteld voor het verstrekken van informatie, maar vormt geen bindend aanbod door Daikin Applied Europe S.p.A. Daikin Applied Europe S.p.A. heeft de inhoud van deze publicatie naar beste weten opgesteld. Er wordt geen expliciete of impliciete garantie verstrekt met betrekking tot de volledigheid, de nauwkeurigheid, de betrouwbaarheid of de geschiktheid van de inhoud, de producten en de diensten die in dit document worden vermeld.