GEBRUIK EN VOORZORGSMAATREGELEN
• Controleer de correcte werking van alle veiligheidsvoorzieningen.
• Controleer
onderhoudswerkzaamheden).
• Controleer het peil van het koelmiddel (zie paragraaf inzake de
onderhoudswerkzaamheden).
• Controleer de spanning van de v‐snaar van de motor (zie paragraaf inzake de
onderhoudswerkzaamheden).
Controleer, in het geval van machine met een driezijdige laadbak, dat er geen
puin of vuil aanwezig is dat de correcte sluiting en opening van de schotten kan
belemmeren, of de correcte werking van het ontgrendelingssysteem van de
schotten.
Controleer, in geval van machine met een driezijdige laadbak, dat er geen puin of
vuil aanwezig is in de scharnieren voor de rotatie van de laadbak. Indien nodig
grondig reinigen.
12.18.NOODSTOP VAN DE MOTOR
Ga voor het stoppen van de werking van de machine in gevaarlijke situaties te
werk volgens de onderstaande procedure:
1 Laat alle bedieningshendels los. Op deze manier komen alle functies voor de
beweging van de machine tot stilstand.
2 Plaats de contactsleutel op de stand 0/OFF. Op deze manier worden de
elektrische verbruikers losgekoppeld, de parkeerremmen geactiveerd, wordt
het besturingscircuit van de pomp spanningsloos gemaakt en wordt de
dieselmotor uitgeschakeld.
In geval van een defect van het elektrische systeem kan de motor worden
uitgeschakeld met de noodhendel (zie paragraaf "Noodhendel uitschakeling
motor").
12.18.1.Nooddaling van de laadbak
Door de bediening voor het kantelen van de laadbak herhaaldelijk in beide
richtingen te duwen kan de laadbak weer in veilige toestand worden gebracht.
Op deze manier wordt de bodem van de laadbakcilinder verbonden met de
uitlaat en bereikt de laadbak door middel van de zwaartekracht de
veiligheidspositie.
98
het
motoroliepeil
Compacte Dumper KC300
(zie
paragraaf
MUKC300062001
betreffende
de