5. Afdrukken
2.
Druk op het [Afdruktaken]-tabblad.
3.
Druk op [Vergr. taken].
4.
Selecteer de bestanden die u wilt afdrukken.
U kunt alle beveiligde afdrukbestanden in één keer selecteren door na selectie van één bestand op
[Alle taken] te drukken.
5.
Druk op [Afdrukken].
6.
Voer het wachtwoord in met de cijfertoetsen en druk op [OK].
7.
Om afdrukinstellingen van het document te wijzigen, drukt u op [Gedet. inst.].
8.
Voer het aantal kopieën in met de cijfertoetsen en druk daarna op [Afdr. herv.].
96