9.4
Aansluiting elektrische voeding en ketelpomp P1, 230V/1~ of 400V/3~
•
Sluit de voeding aan op het aansluitblok boven in het toestel, vlak achter de kabelinvoeren. Zie de tekening
hieronder.
•
Een 230V/1~pomp moet op het relais naast de connectoren van de elektrische voeding worden aangeslo-
ten, volgens de bovenste figuur hieronder.
Een 400V/3~pomp moet op het relais naast de connectoren van de elektrische voeding worden aangeslo-
ten, volgens de onderste figuur hieronder.
•
Aansluiting van de 230 Volt AC voeding naar het bedieningspaneel is al vanaf de fabriek gemonteerd.
•
Bij voorkeur dient een externe werkschakelaar aangesloten te worden om veilig aan de ketel te kunnen
werken. De aansluiting dient met maximaal 16 A gezekerd te zijn.
•
Wanneer een motorbeveiliging voor de pomp benodigd is, dient deze extern van de ketel te worden aan-
gesloten. Ook is het mogelijk een pomp toe te passen met een interne elektrische beveiliging. Maximaal te
schakelen stroom op het pomprelais is 9 A (nominaal) per fase.
Aansluiten van een 230V/1~pomp:
Aansluiten van een 400V/3~pomp:
Alle elektrische aansluitingen moeten geïnstalleerd worden conform alle van toepassing zijnde voorschrif-
ten/vereisten.
LET OP: Als de ketel is uitgeschakeld kan er nog steeds spanning op de connectoren en het relais staan.
Het advies is om een extra werkschakelaar te plaatsen, die de gehele elektrische voeding naar de ketel
afschakelt gedurende werkzaamheden aan de ketel.
38
Voeding
1~230V/50Hz
N/GND
Ketelpomp
1~230V/50Hz
N/GND
Voeding
3~400V/50Hz
N/GND
Ketelpomp
3~400V/50Hz
GND
E93.1301NL.E Senator
+
CV
aansluitblok
aansluitblok