•
Laat het bovenblad niet langer openstaan dan nodig is. Blootstelling aan direct zonlicht of
fel licht kan een negatieve uitwerking hebben op de prestaties van de printer.
•
Stoot niet tegen de printer wanneer deze in bedrijf is. Als u dat doet kan dat tot gevolg
hebben dat de afdrukkwaliteit minder wordt.
•
Open het bovenblad van de printer niet tijdens het printen. Hierdoor zou de printer
beschadigd kunnen raken.
•
Open en sluit de uitvoerlade, de multifunctionele lade en het bovenblad van de printer
voorzichtig. Door een ruwe behandeling zou de printer beschadigd kunnen raken.
•
Als u een doek over de printer wilt leggen om te voorkomen dat er stof in de printer
binnendringt, doe dat dan pas als u de printer hebt uitgezet en voldoende hebt laten
5
afkoelen.
•
Als u van plan bent om de printer gedurende langere tijd niet te gebruiken, trekt u het
netsnoer uit het stopcontact.
•
Gebruik de printer niet of sla de printer niet op in een ruimte waarin chemicaliën worden
gebruikt.
•
De omgeving van de uitvoerlade wordt erg heet tijdens het printen en kort na het printen.
Let er vooral op dat u het gebied rond de uitvoerlade niet aanraakt, als u papier uit de
uitvoerlade haalt of een papierstoring verhelpt.
Aanwijzingen voor de opslag van de printer
Sla de printer op onder de volgende omstandigheden, als u van plan bent de printer
gedurende langere tijd niet te gebruiken.
•
Bereik opslagtemperatuur: 0 tot 35 °C (32 tot 95 °F)
•
Bereik luchtvochtigheid bij opslag: 10 tot 80 % RV (niet-condenserend)
5-30
De printer hanteren