Onderhoud - ZOLL AutoPulse 100 Gebruikershandleiding
Reanimatiesysteem
Verberg thumbnails
Zie ook voor AutoPulse 100:
- Gebruikershandleiding (94 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (50 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (4 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
4.4
Onderhoud
Het AutoPulse-systeem bevat geen onderdelen die u zelf kunt repareren en het apparaat vereist geen
regelmatig onderhoud. De AutoPulse bevat geen onderdelen die kalibratie vereisen. Gebruikers moeten
het AutoPulse-systeem regelmatig inspecteren om te zien of het apparaat naar behoren functioneert.
Neem voor reparatie of onderhoud contact op met ZOLL (+1.978.421.9655).
Controleer de AutoPulse zoals hieronder beschreven en volg zo nodig de aanbevolen maatregelen. Elke
keer dat de AutoPulse wordt aangezet, voert het apparaat een zelftest uit. De zelftest is ontworpen om
verschillende controles uit te voeren op onderdelen van het platform en verloopt geheel automatisch. U
vindt een aanbevolen dagelijkse AutoPulse-controlelijst in Bijlage A.
1.
Controleer het platform op fysieke beschadigingen, zoals barsten, scheuren en ontbrekende of
defecte onderdelen. Neem indien nodig contact op met ZOLL.
2.
Verwijder de batterij uit de AutoPulse.
3.
Controleer het batterijvak op vreemde stoffen en zorg dat het vak leeg is, zodat de batterij kan
worden geplaatst. Verwijder alle vreemde stoffen of vuil.
4.
Controleer de ventilatieopeningen aan de onderkant van het platform en zorg dat de lucht vrijelijk
kan stromen. Verwijder alle vreemde stoffen of afvalresten die de luchtstroom zouden kunnen
blokkeren.
5.
Controleer de opening van de aandrijfas waarin de clip van de riem wordt bevestigd op vreemde
stoffen. Reinig de opening met perslucht of een kwastje. Plaats geen instrumenten of andere
voorwerpen in de opening.
6.
Verwijder de batterij uit de AutoPulse en plaats deze in de lader voor AutoPulse-batterijen met
verschillende chemische samenstellingen om op te laden. Plaats de reservebatterij in de AutoPulse.
Haal een volledig opgeladen batterij uit de lader en gebruik deze als reservebatterij.
7.
Voer een AutoPulse-zelftest uit op het systeem: installeer een LifeBand en zet de AutoPulse aan. Bij
het aanzetten gaan alle LED's op het scherm kort branden, waarna alleen de groene VOEDINGS-
LED blijft branden. In het pictogram voor de oplaadstatus van de batterij op het bedieningspaneel
van de AutoPulse moeten vier balken zichtbaar zijn; als dat niet het geval is, vervangt u de batterij
door een volledig opgeladen batterij uit de lader voor batterijen met verschillende chemische
samenstellingen. Als de rode WAARSCHUWINGS-LED van het AutoPulse-platform blijft
branden, raadpleegt u Hoofdstuk 5, "Procedures voor probleemoplossing" in deze handleiding. Als
het probleem met de RODE LED niet kan worden opgelost, neemt u contact op met ZOLL.
Pagina 4-4
Gebruikershandleiding
P/N 12555-004 Rev. 1
Advertenties
Inhoudsopgave
