1.4.2.6 Knop Geluid onderdrukken
c
Pagina 1-8
De beademingstoon en pauzetoon, die door het systeem altijd op het juiste
moment worden gegenereerd, kunnen niet worden uitgeschakeld, maar kunnen
wel worden onderdrukt gedurende een, in het Beheerdersmenu in te stellen,
korte periode (raadpleeg Sectie 2.3, "Vooraf ingestelde gebruikersopties in het
Beheerdersmenu", op pagina 2-11). Als u de knop Geluid onderdrukken
selecteert, wordt de feedback in de vorm van geluidstonen die door de AutoPulse
wordt gegenereerd, onderdrukt of ingeschakeld. Als de auditieve feedback
hoorbaar is, wordt deze onderdrukt als u op de knop Geluid onderdrukken drukt.
Als de auditieve feedback wordt onderdrukt, wordt deze weer hoorbaar als u op
de knop Geluid onderdrukken drukt.
Wanneer de auditieve feedback is onderdrukt met de knop Geluid onderdrukken,
wordt deze automatisch weer hervat als een van de volgende gebeurtenissen
optreedt:
1.
De in het Beheerdersmenu ingestelde onderdrukkingstijd is verstreken.
2.
U drukt nogmaals op de knop Geluid onderdrukken.
3.
U drukt op de knop Starten/Doorgaan om te beginnen met het toedienen van
compressies.
4.
U drukt op de knop Stoppen tijdens het toedienen van compressies.
5.
De batterij is bijna leeg (raadpleeg de Sectie 1.4.3, "Waarschuwing batterij
bijna leeg", op pagina 1-10).
6.
U schakelt heen en weer tussen diverse compressiemodi (raadpleeg
Afbeelding 3-13 op pagina 3-13).
Het pictogram dat wordt weergegeven op het scherm van het gebruikerspaneel
als de geluiden hoorbaar zijn.
Het pictogram dat wordt weergegeven op het scherm van het gebruikerspaneel
als de geluiden worden onderdrukt.
Gebruikershandleiding
P/N 12555-004 Rev. 1