Programma 512 - 3 onafhankelijke differentiekringen
S1
A1
S2
S1
S3
min1
min2
diff1
diff2
A1
A2
S2
S4
max1
max2
Programma 512: De pomp A1 loopt, indien:
S1 groter als de drempelwaarde min1 is en S1 met differentie diff1 hoger is als S2
en S2 de drempelwaarde max1 niet heeft overschreden.
De pomp A2 loopt, indien:
S3 groter als de drempelwaarde min2 is en S3 met differentie diff2 hoger is als S4
en S4 de drempelwaarde max2 niet heeft overschreden.
De pomp A3 loopt, indien:
S5 groter als de drempelwaarde min3 is en S5 met differentie diff3 hoger is als S6
en S6 de drempelwaarde max3 niet heeft overschreden.
A1 = S1 > (S2 + diff1) & S1 > min1 & S2 < max1
A2 = S3 > (S4 + diff2) & S3 > min2 & S4 < max2
A3 = S5 > (S6 + diff3) & S5 > min3 & S6 < max3
Alle programma's +1: Heeft de sensor S2 de drempelwaarde max1 bereikt, wordt de pomp
A2 ingeschakeld en de pomp A1 loopt verder. Er wordt daardoor een „koelfunctie" op de
ketel cq. verwarming gerealiseerd, zonder dat op de collector stilstandtemperaturen
optreden.
S3
SP1
S5
Noodzakelijke instellingen:
min3
max1 ... Begrenzing boiler SP1 S2
max2 ... Begrenzing boiler SP2 S4
max3 ... Begrenzing boiler SP3 S6
diff3
min1 ... Inschakeltemp. coll.1 S1
A3
min2 ... Inschakeltemp. coll.2 S3
min3 ... Inschakeltemp. coll.3 S5
S6
diff1 ... Collector1 S1 – SP1 S2
max3
diff2 ... Collector2 S3 – SP2 S4
diff3 ... Collector3 S5 – SP3 S6
SP2
A2
S4
S5
SP3
A3
S6
A1
A2
A3
A1
A2
A3
A1
A2
A3
45