Minimale looptijd. Wordt de ingestelde boilertemperatuur SW op de bewaakte sensor
LZ
in de intervaltijd voor de duur van de looptijd LZ niet bereikt, wordt een uitgang voor
de duur van de looptijd LZ ingeschakeld en boven de ingestelde waarde SW
gehouden. Instelbereik: 0 – 90 min in stappen van 1 min (standaard = 60min)
Starttijd. Vanaf deze tijd wordt de uitgang bij geactiveerde functie vrijgegeven.
STZ
Instelbereik: 0 – 23 uur (standaard = 17 uur)
STAG Stuuruitgang. De geselecteerde stuuruitgang 1 of 2 wordt gelijktijdig met de
geselecteerde uitgang op stap 100 ingeschakeld. Hierdoor is het mogelijk, het
hulprelais HIREL-STAG (accessoire) voor de branderaansturing te gebruiken.
Belangrijk: De betreffende stuuruitgang dient in het menu STAG geactiveerd te zijn/
worden. Instelbereik: combinaties van alle stuuruitgangen (standaard = --)
Externe sensoren EXT DL
Adres voor
externe waarde 1
Elektronische sensoren voor temperatuur, druk, vocht, drukverschil etc. zijn ook in de versie
DL beschikbaar. In dit geval geschieden de voeding en de signaalovergave via de DL-Bus .
Via de DL-Bus kunnen tot maximaal 9 waardes van externe sensoren worden ingelezen.
De waardes van de elektronische sensoren kunnen door sensoringangen voor verdere
regeltoepassingen worden overgenomen (instelling in het menu SENSOR, overnemen van
waardes).
De externe waarde 1 is gedeactiveerd en wordt in het hoofdmenu niet
E1 --
weergegeven.
Het eerste getal geeft het adres van de externe sensors aan. Deze kan op de
E1 11
sensor tussen 1 en 8 worden ingesteld (zie de handleiding van de betreffende
sensor).
Het achterste getal geeft de index van de sensorwaarde aan. Omdat externe
sensoren meerdere waardes kunnen overgeven, wordt via de index vastgelegd,
welke waarde door de sensor gebruikt wordt.
De instelling van het adres en index zijn omschreven in de databladen van de betreffende
sensoren.
Door het relatief hoge stroomverbruik, dient de „ Buslast " in acht te worden genomen: De
regelaar UVR 61-3 levert de maximale buslast 100%. De elektronische sensor FTS4-50 DL
heeft bv. een Buslast van 25%; er kunnen daarom max. 4 FTS2-40 DL op de DL-Bus worden
aangesloten. De Buslasten van de elektronische sensoren worden in de technische data van
de betreffende sensor opgegeven.Het gelijktijdig voeden van een Bootloader en externe
sensoren is niet mogelijk. In dit geval dient de Bootloader via een CAN-voeding (CAN-NT)
gevoed te worden.
Adres voor
externe waarde 2
Adres voor
externe waarde 9
109