ZK1 -- = Handmatige circulatiecontrole voor uitgang 1 gedeactiveerd.
Handmatige circulatiecontrole voor uitgang 2 . Overig identiek aan ZK1
ZK2
Handmatige circulatiecontrole voor uitgang 3 . Overig identiek aan ZK1
ZK3
De betreffende foutmeldingen worden in het menu Stat opgegeven. Knippert Stat , wordt
een functiefout of bijzondere systeemtoestand vastgesteld (zie "De statusweergave Stat" ).
Indien één van de beide stuuruitgangen op „ STAT N " of STAT I " ingesteld is en de
functiecontrole is geactiveerd, wordt bij een foutmelding de stuuruitgang omgeschakeld.
Vervolgens kan via een hulprelais (HIREL-STAG) deze foutmelding aan een signaalgever
worden doorgegeven.
Warmtemeting WMZ (3 maal)
Het apparaat beschikt ook over een functie voor het meten van warmtehoeveelheden.
Deze is fabrieksmatig gedeactiveerd. Een warmtemeting benodigd in de basis drie waardes,
namelijk:
Aanvoertemperatuur, retourtemperatuur, debiet (volumestroom)
In solarsystemen leidt een correcte sensormontage (zie Sensormontage – collectorvoeler op
aanvoerleiding, boilervoeler op retouruittrede) automatisch tot het correct meten van de
temperaturen. Hier zijn in de warmtehoeveelheid echter ook de verliezen in de
aanvoerleiding opgenomen. Om de nauwkeurigheid te verhogen, is de invoer van het
glycolgehalte in het warmtemedium op te geven, omdat de glycol de warmte-overdracht
vermindert. Het debiet kan als vaste invoer of via een additionele sensor (VSG) worden
opgegeven.
Warmtemeting 1
102
Warmtemeting 2
Warmtemeting 3