188
Rijden en bediening
Auto's met beveiliging tegen
onjuiste brandstof
9 Waarschuwing
Probeer de klep van de vulpijp bij
auto's met beveiliging tegen on‐
juiste brandstof niet met de hand
te openen.
Als u dat toch doet, kunnen uw
vingers bekneld raken.
Auto's met selectieve katalysatorre‐
ductie zijn uitgevoerd met een bevei‐
liging tegen onjuiste brandstof.
Door de beveiliging tegen onjuiste
brandstof kan de klep van de vulpijp
alleen worden geopend door een vul‐
pistool voor dieselbrandstof of een
trechter voor noodbijtanken.
Draai de tankdop langzaam linksom.
Bij het tanken de dop in de steun op
de tankklep hangen.
Plaats het pistool recht op de vulpijp
en druk het met iets kracht erin.
Gebruik bij noodbijtanken vanuit een
jerrycan een trechter om de klep van
de vulpijp te openen.
De trechter bevindt zich in de baga‐
geruimte.
Plaats de trechter recht op de vulpijp
en druk deze met iets kracht erin.
Gebruik de trechter om dieselbrand‐
stof bij te tanken.
Doe de trechter na het bijtanken in de
plastic zak en plaats deze in het op‐
bergvak.
Systeem voor selectieve katalysator‐
reductie 3 148.
Tankdop
Gebruik uitsluitend originele tankdop‐
pen. Auto's met een dieselmotor heb‐
ben een speciale tankdop.
Brandstofverbruik -
CO
-uitstoot
2
Het brandstofverbruik (gecombi‐
neerd) ligt tussen 7,3 en
5,2 l/100 km.
De CO
-emissie (gecombineerd) is
2
binnen een bereik van 172 tot
138 g/km.