4. Ingebruikname en bediening
Aanwijzing bij het maaien
Na het beëindigen van de maaiwerk-
zaamheden of als de maaimachine ver-
stopt is:
Versnellingsschakelstang in neutraal
zetten. De maaimachine blijft staan
maar het mes blijft in beweging; daar-
door wordt de maaibalk vrijgemaakt.
Aftakasschakelhendel in positie '0'
brengen.
maaien op vlak
terrein
Motor starten op de helling
Mocht om wat voor reden dan ook de
motor tijdens de werkzaamheden tot stil-
stand komen en moet er opnieuw ge-
start worden, ga dan als volgt te werk:
Versnellingen in de geschakelde po-
sitie laten staan (voorkomt wegrollen,
geschakelde versnellingen werken als
een rem).
Veiligheidsschakelhendel naar bene-
den drukken, koppelingshendel aantrek-
ken en met vergrendeling vastzetten
('startpositie').
Motor opnieuw starten.
W
Als tijdens de werkzaam-
heden de machine moet wor-
den schoongemaakt moet de
motor om veiligheidstechnische re-
denen worden afgezet en dienen de
bougiekap of de contactsleutel te
worden verwijderd.
34
maaien op
hellingen
Eenassige tractor 3500
UItgave 03.95