Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

B.3 Gedetailleerde Richtlijnen Voor Het Ontwerp Van Een Krachtopnemerinstallatie - ABB PFEA 111 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Baanspanningssystemen Elektronische baanspanningsbesturingseenheid PFEA 111/112, Gebruikershandleiding
Bijlage B PFCL 301E - Ontwerp van de krachtopnemerinstallatie
B.3 Gedetailleerde richtlijnen voor het ontwerp van een krachtopnemerin-
stallatie
B-2
De volgende procedure definieert de belangrijkste overwegingen die invloed hebben op het ont-
werp van de krachtopnemerinstallatie.
1.
Controleer of de krachtopnemergegevens voldoen aan de omgevingseisen.
2.
Bereken de verticale, horizontale en axiale krachten (kruisgewijs).
3.
Dimensioneer en oriënteer de krachtopnemer zodat deze voldoet aan de volgende richtlij-
nen:
a.
Probeer een gemeten waarde te verkrijgen die in geen geval lager is dan 10% van de
baanspanning in de meetrichting van de krachtopnemer!
b.
Kies een krachtopnemer met een capaciteit die zo goed mogelijk overeenkomt met de
nominale belasting! Dimensioneer de krachtencomponent van de baanspanning in de
meetrichting F
mer!
c.
Indien er een groot verschil bestaat tussen de minimale en maximale baanspanning,
moet u een krachtopnemer kiezen waarbij de maximale baanspanning binnen het uit-
gebreide bereik valt (indien van toepassing)!
d.
Het wordt aanbevolen dat de gemeten krachtencomponent van de baanspanning
minimaal 30% van de tarracomponent bedraagt (gewicht van de rol) die in de mee-
trichting van de krachtopnemer aangrijpt. De reden van deze aanbeveling is de stabi-
liteit van het krachtopnemersignaal, met name als het systeem bij grote
temperatuurverschillen werkt.
Dit betekent dat indien F
Voor grotere F
T
F
R
100 %
F
RT
e.
Controleer de gegevens van de krachtopnemer om te garanderen dat de verticale,
transversale en axiale krachten niet groter zijn dan de maximaal toelaatbare krachten.
4.
Ontwerp het basisframe en/of de adapterplaten.
niet kleiner dan 10% van de nominale belasting van de krachtopne-
R
< 1/3 van F
RT
, is de laagste aanbevolen F
RT
T
Regel 1:
Indien F
RT
Moet F
R
> 30 %
Regel 2: Indien F RT >1/3 van F nom
dan wordt aanbevolen F
F
= Krachtencomponent van de baanspanning in de meetrichting
R
F
= Krachtencomponent van de tarra in de meetrichting
RT
, F
minimaal 10 % de F
nom
R
minimaal 30 % van F
R
< 1/3 van F nom
minimaal 10 % van F
zijn.
nom
minimaal 30 % vanF RT
R
3BSE029380R0129 Rev C
moet zijn.
nom
.
RT
te laten zijn.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Pfea 112

Inhoudsopgave