Magneetventiel
Ingang
Nom. signaal
Signaal 0 (niet aantrekken), DC-signaal bij –25 °C
Signaal 1 (aantrekken), DC-signaal bij +80 °C
Max. toegestaan signaal
Spoelweerstand R
bij 20 °C
i
Luchtverbruik in rusttoestand, K
Sluittijd bij
Aandr. type 3277
0,2 ... 1 bar
Voor nom. slag en
steldrukbereik
0,4 ... 2 bar
0,6 ... 3 bar
Standmelder
Uitgangssignaal
Toelaatbare belasting:
Hulpenergie
Overdrachtsgedrag
Hysterese
Aanspreekbereik
Invloed hulpenergie
HF- invloed
Invloed belasting
Toegestane omgevingstemperatuur
Invloed omgevingstemperatuur
Rimpelspanning uitgangssignaal
Gegevens betrokken op standaard veer (15 mm slag bij aandrijving 3277) en versterking 100
3
= 0,14 m
/h
vs
2
cm
2-draadstechniek 4 ... 20 mA, werkingsrichting omkeerbaar
Spanningsbereik 12 ... 45 VDC
Karakteristiek: uitgang lineair aan ingang, karakteristiekafwijking ≤1 %
≤1 % bij spanningsvariaties binnen de opgegeven grenzen
≤0,1 %, f = 150 MHz, 1 W zendvermogen 0,5 m afstand
–20 ... +70 °C
≤0,4 % op aanvangsbereik, ≤0,2 % op eindwaarde
Binair gelijkspanningssignaal
6 V DC
12 V DC
≤1,2 V
≤2,4 V
≥5,4 V
≥9,6 V
28 V
25 V
2909 Ω
5832 Ω
Voor klepstandsteller: "Uit" ≤60 l
120
240
≤1 s
≤0,5 s
≤2 s
≤1 s
—
U
– 12 V
S
R
= –––––––––
B
20 mA
≤0,6 %
≤0,1 %
≤0,1 %
≤0,3 %
Technische gegevens
24 V DC
≤4,7 V
≥18 V
32 V
11714 Ω
/h; "Aan" ≤10 l
n
n
350
700
≤1,5 s
≤4 s
≤2,5 s
≤8 s
≤1,5 s
≤5 s
Uitgangscircuit intrinsiekveilig
Alleen met intrinsiekveilig
stroomcircuit
–20 ... ..zie certificaat
EB 8355-1 NL
/h
9