Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Constructie En Werking - Samson 3766 Inbouw- En Bedieningsvoorschriften

Pneumatische klepstandsteller
Inhoudsopgave

Advertenties

Constructie en werking

1. Constructie en werking
De pneumatische klepstandsteller is bedoeld
voor het toekennen van de ventielstand (ge-
meten waarde) aan de regeluitgang (gewen-
ste waarde). Daarbij wordt het van een re-
gel- of besturingssysteem komende stelsig-
naal vergeleken met de slag van het regel-
ventiel en wordt er een pneumatische stel-
druk (regeluitgang) uitgestuurd.
De klepstandsteller bestaat in wezen uit de
hefboom voor het opnemen van de slag,
het meetmembraan en het pneumatische
stuursysteem met tuit, membraanhefboom
(vaan) en versterker.
De klepstandsteller is uitgevoerd voor direc-
te aanbouw aan SAMSON aandrijvingen
type 3277 of met behulp van een adapter-
huis voor aanbouw aan aandrijvingen con-
form NAMUR (DIN/IEC 534).
De klepstandstellers kunnen bovendien met
inductieve eindschakelaars en/of magneet-
ventiel of met een standmelder worden uit-
gevoerd.
De klepstandsteller werkt volgens het kracht-
compensatieprincipe. De slag en daarmee
de ventielstand wordt via de stift (1.1) over-
gedragen op de aftasthefboom (1) en be-
paalt de kracht van de meetveer (4). Deze
kracht wordt met de stelkracht vergeleken,
welke de druk p
aan het meetmembraan
e
(5) opwekt.
Verandert het stelsignaal of de klepstand,
dan wordt de membraanhefboom (3) bewo-
gen en wijzigt de afstand tot de tuit (2.1 of
2.2), afhankelijk van de ingestelde wer-
kingsrichting.
De voedingslucht voedt de pneumatische
versterker (10) en de drukregelaar (9). De
geregelde hulpenergie stroomt via de X
4
EB 8355-1 NL
smoring (8) en de tuit (2.1, 2.2) tegen de
membraanhefboom (vaan).
Wijzigingen van de gewenste waarde of de
klepstand veroorzaken een drukverande-
ring voor en achter de versterker.
De door de versterker uitgestuurde lucht
(steldruk p
(11) naar de pneumatische aandrijving en
zorgt ervoor, dat de klepstang een stand in-
neemt die overeenkomt met de gewenste
waarde. De verstelbare smoringen X
Q (11) zijn bedoeld voor de optimalisatie
van de regelkring. De aftasthefboom (1) en
de meetveer (4) moeten overeenkomstig de
nom. slag van het regelventiel en het nom.
bereik van de gewenste waarde worden ge-
kozen.
Klepstandsteller met inductieve eindschake-
laars
Bij deze uitvoering draagt de draaias van
de klepstandsteller twee instelbare stuurkam-
men die de ingebouwde initiators bedienen.
Klepstandsteller met magneetventiel
Met het magneetventiel kan het regelventiel
onafhankelijk van het uitgangssignaal van
de klepstandsteller naar de veiligheidsposi-
tie worden gebracht. Wanneer op de in-
gang een stuursignaal overeenkomend met
het binaire signaal 0 (uit) actief is, dan is de
steldruk p
st
lucht; het regelventiel wordt door de in de
aandrijving ingebouwde veren in de veilig-
heidspositie gebracht. Wanneer op de in-
gang een stuursignaal overeenkomend met
het binaire signaal 1 (aan) actief is, dan
wordt de steldruk p
doorgeschakeld; het regelventiel is in regel-
bedrijf.
-
p
) stroomt via de volumesmoring
st
afgesloten en de aandrijving ont-
naar de aandrijving
st
(8) en
p

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave