Hoofdstuk 5
Bediening
5.10 Printen
Met de knop AFDRUKKEN kunt u het weergegeven scherm afdrukken. De volgende
afdrukopties kunnen beschikbaar zijn:
•
Volledig scherm: alleen afdrukken wat op het scherm te zien is op het moment dat er
wordt afgedrukt.
•
Volledige PID-lijst: hiermee wordt de gehele lijst met PID's in de PID-lijstweergave en de
tekstweergave afgedrukt.
Zie de volgende hoofdstukken voor meer informatie:
•
"Data afdrukken" op pagina 37
•
"S-knop" op pagina 70
z
U drukt als volgt af:
1. Controleer of de printer en de scanner juist zijn ingesteld voor het printen. Zie "Instellen
voor printen" op pagina 21 voor meer informatie.
2. Selecteer PRINTEN > printoptie (Afbeelding 5-58).
Als het afdrukken wordt gestart, verschijnt er een bericht dat de printer wordt
geïnitialiseerd. Het berichtvenster wordt gesloten zodra het afdrukken is voltooid.
5.11 Knop Tools
De knop Tools op de bovenste werkbalk bevat een snelkoppeling naar veelgebruikte
configuratie-instellingen van de scanner (Afbeelding 5-59).
De volgende opties zijn beschikbaar in een vervolgkeuzemenu:
•
Instellingen
Gegevens opslaan
•
5.11.1 Instellingen
Met Instellingen wordt het dialoogvenster Scannereenheden geopend. Scannereenheden
wordt gebruikt om de maateenheden voor bepaalde parameters te wijzigen. U hebt de keuze
tussen Amerikaanse of metrische maateenheden voor de beschikbare dataparameters.
64
Afbeelding 5-58
Afbeelding 5-59
Voorbeeld van het menu van de knop Tools
Voorbeeld van het printmenu