ATTENTIE:
i
Parameters die zijn vergrendeld, worden ontgrendeld er een selectie wordt gemaakt via de
knop Sorteren.
5.7.8 Cursors gebruiken
Als in de grafische weergave data op het scherm in de pauzestand zijn gezet, wordt op de
bovenste werkbalk de knop Cursor weergegeven (Afbeelding 5-44). Hiermee kunt u digitale
amplitudemetingen van bevroren data bekijken.
Afbeelding 5-44
z
U gebruikt de cursor als volgt:
1. Selecteer de knop Pauze.
2. Selecteer de knop Cursor.
Cursorlijnen weergeven (Afbeelding 5-45). De waarde waar de cursorlijn de data
doorsnijdt, wordt boven de cursorlijn weergegeven.
3. Druk op de pijlen naar links e en naar rechts c om de cursor te verplaatsen.
4. Druk op N/X om de cursormodus af te sluiten.
5.7.9 IN-/UITZOOMEN gebruiken
Met de knop IN-/UITZOOMEN kunt u in de PID-lijstweergave het aantal PID's opgeven dat op
het scherm wordt weergegeven en in de grafische weergave de grootte van de data op het
scherm instellen (Afbeelding 5-46).
Afbeelding 5-46
Voorbeeld van een bevroren scherm waarop de cursors actief zijn
Afbeelding 5-45
Voorbeeldcursors op bevroren data
Voorbeeld van opties voor in-/uitzoomen in de grafische weergavemodus
Data grafisch weergeven
55