Zorg ervoor dat de hoofdstroom wordt losgekoppeld tijdens het monteren van de laadklep. Sluit de batterij alleen aan op de
laadklep wanneer de montage voltooid is, of zoals vereist in de montagevoorschriften.
DHOLLANDIA laadkleppen zijn ontworpen als een geschroefd systeem en vergen geen laswerk. Zie aanhangsel 17.2
op pagina 58 voor de juiste aandraaimomenten.
Indien om welke reden dan ook een probleemoplossing en/of herstelling nodig zou blijken tijdens het montageproces,
raadpleeg en volg dan de richtlijnen en veiligheidsvoorschriften van de ONDERHOUDSHANDLEIDING.
Indien om welke reden dan ook laswerk nodig zou blijken, controleer dan eerst of dit toegestaan is door de voertuigconstructeur
en neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht:
Het lassen van verzinkte onderdelen kan gevaarlijke dampen doen ontstaan. Om vergiftiging te voorkomen:
Draag ALTIJD een geschikt ademhalingstoestel.
Zorg ALTIJD voor een goede ventilatie.
Slijp ALTIJD de verzinking van de te lassen delen af.
De meeste laadkleppen zijn voorzien van thermoplastische leidingen, die kunnen beschadigd raken door hete
metaalspanen, lasvonken en slakken. De beschadiging van een slang kan leiden tot een plotseling verlies van hydraulische
druk en een onbedoelde val van het platform.
Ook het binnendringen van lasvonken en slakken kan een steekvlam veroorzaken.
Beide soorten incidenten kunnen voor de lasser of monteur en eventuele omstanders een groot risico op persoonlijk letsel
of de dood inhouden. Om deze risico's te vermijden:
Bescherm en bedek thermoplastische leidingen ALTIJD met een lasdeken, alvorens te beginnen slijpen, boren en
lassen.
Controleer ALTIJD de hydraulische leidingen aan het einde van het montageproces. Zorg ervoor dat alle slangen
onbeschadigd zijn, vervang ze indien nodig.
Lassen kan ernstige schade veroorzaken aan de elektronische componenten van het voertuig en de laadklep. Om schade te
voorkomen:
Volg ALTIJD de instructies en voorzorgsmaatregelen van de voertuigconstructeur op.
LAS NIET als dit niet is toegestaan door de voertuigconstructeur.
Koppel ALTIJD de positieve en negatieve batterijpolen los.
Verbind ALTIJD de aarding rechtstreeks met het te lassen onderdeel en dat zo dicht mogelijk bij de las.
Het laswerk zelf mag alleen uitgevoerd worden door vakbekwame en gekwalificeerde monteurs.
5 LAADKLEPTERMINOLOGIE
5.1
DH-LSP* LAADKLEPTERMINOLOGIE
Raadpleeg de GEBRUIKSHANDLEIDING voor een overzicht van de belangrijkste terminologie die in de DHOLLANDIA handleidingen
gebruikt wordt.
DHOLLANDIA
OPMERKING
OPGELET
7