RXYQQ8~12
2x
RXYQQ14~20
6x
1 Deksel elektrische componentenkast
2 Voorkant
3 Voedingsklemmenstrook
4 Afdichtingsmateriaal
5 Vocht en vuil kan binnendringen
X Niet toegelaten
O Toegelaten
12.5. Vereisten
De voeding moet worden beveiligd met behulp van de vereiste
beveiligingen, met name een hoofdschakelaar, een trage zekering op
elke fase en een aardlekbeveiliging volgens de geldende wetgeving.
De keuze en maat van de bedrading moet gebeuren conform de
geldende wetgeving op basis van de informatie in de onderstaande
tabel.
RXYQQ8
RXYQQ10
RXYQQ12
RXYQQ14
RXYQQ16
RXYQQ18
RXYQQ20
RXYQQ22
RXYQQ24
RXYQQ26
RXYQQ28
RXYQQ30
RXYQQ32
RXYQQ34
RXYQQ36
RXYQQ38
RXYQQ40
RXYQQ42
Voor alle modellen:
Fase en frequentie: 3N~ 50 Hz
Spanning: 380-415 V
Doorsnede transmissiekabels: 0,75~1,25 mm
INFORMATIE
Multi-units zijn standaardcombinaties.
Als de totale transmissiebedrading buiten deze waarden valt, kan het
een communicatiestoring veroorzaken.
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
24
1
2
3
4
5
Minimum
Aanbevolen
circuitampere
zekeringen
16,1 A
20 A
22,0 A
25 A
24,0 A
32 A
27,0 A
32 A
31,0 A
40 A
35,0 A
40 A
39,0 A
50 A
46,0 A
63 A
46,0 A
63 A
51,0 A
63 A
55,0 A
63 A
59,0 A
80 A
62,0 A
80 A
66,0 A
80 A
70,0 A
80 A
76,0 A
100 A
81,0 A
100 A
84,0 A
100 A
2
, maximumlengte is 1000 m.
AANDACHT
Gebruik in geval van stroomonderbrekers met activering
door reststroom alleen die van het snelle type met een
nominale stroomsterkte van 300 mA.
12.6. Kabelroutering
De bedrading van de voeding en van de transmissie moeten
afzonderlijk worden gehouden. Er moet altijd minstens 25 mm liggen
tussen deze bedradingen om alle elektrische storingen te
voorkomen.
12.6.1. Routering transmissiebedrading
Houd de transmissiebedrading buiten de unit samen met de lokale
leidingen.
De lokale leidingen kunnen aan de voorkant of de zijkant uit de unit
worden geleid (naar links of rechts). Zie
aansluiten" op pagina
17.
Regels voor routering transmissiebedrading
Neem de volgende limieten in acht. Als de kabels tussen de
units langer zijn, kan dit een storing in de transmissie
veroorzaken:
-
Maximale draadlengte: 1000 m.
-
Totale draadlengte: 2000 m.
-
Maximum lengte inter-unit-bedrading tussen buitenunits:
30 m.
-
Transmissiebedrading naar schakelaar koelen/verwarmen:
500 m.
-
Maximum aantal aftakkingen: 16.
Maximum aantal autonome onderling aansluitbare systemen:
10.
Bij bedrading tussen units zijn er tot 16 aftakkingen mogelijk.
Een aftakking mag niet verder worden afgetakt (zie afbeelding
hierna).
1
1
B
A
1 Buitenunit
2 Binnenunit
3 Hoofdleiding
4 Aftakkingsleiding 1
5 Aftakkingsleiding 2
6 Aftakkingsleiding 3
7 Een aftakking mag niet verder worden afgetakt
8 Centrale gebruikersinterface (enz.)
A Transmissiebedrading tussen buitenunit en binnenunit(s)
B Transmissiebedrading tussen buitenunits
Sluit de voeding nooit aan op de klemmenstrook van de
transmissiebedrading. Anders kan het hele systeem onklaar
raken.
"10.2. Koelmiddelleidingen
1
8
4
2
5
2
7
2
6
2
7
2
3
2
RXYQQ8~20T7Y1B
VRV IV-Systeem airconditioner
4P345099-3C – 2015.02