Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Montagehandleiding en
gebruiksaanwijzing
VRV IV­systeem airconditioner
RYYQ8T7Y1B     
RYYQ10T7Y1B     
RYYQ12T7Y1B     
RYYQ14T7Y1B     
RYYQ16T7Y1B     
RYYQ18T7Y1B     
RYYQ20T7Y1B           
                 
RYMQ8T7Y1B     
RYMQ10T7Y1B     
RYMQ12T7Y1B     
RYMQ14T7Y1B     
RYMQ16T7Y1B     
RYMQ18T7Y1B     
RYMQ20T7Y1B     
                       
RXYQ8T7Y1B     
RXYQ10T7Y1B     
RXYQ12T7Y1B     
RXYQ14T7Y1B     
RXYQ16T7Y1B     
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
RXYQ18T7Y1B     
Nederlands
VRV IV­systeem airconditioner
RXYQ20T7Y1B

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Daikin RYYQ8T7Y1B

  • Pagina 1 Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing VRV IV­systeem airconditioner RYYQ8T7Y1B      RYYQ10T7Y1B      RYYQ12T7Y1B      RYYQ14T7Y1B      RYYQ16T7Y1B      RYYQ18T7Y1B      RYYQ20T7Y1B                              RYMQ8T7Y1B      RYMQ10T7Y1B      RYMQ12T7Y1B      RYMQ14T7Y1B      RYMQ16T7Y1B      RYMQ18T7Y1B      RYMQ20T7Y1B                              RXYQ8T7Y1B      RXYQ10T7Y1B      RXYQ12T7Y1B      RXYQ14T7Y1B      RXYQ16T7Y1B      Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing RXYQ18T7Y1B      Nederlands VRV IV­systeem airconditioner RXYQ20T7Y1B...
  • Pagina 2 2P329110­1...
  • Pagina 3 2P329110­1...
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    Inhoud 5.7.6 Voeding routeren en bevestigen ......... 23 Inhoud 5.7.7 Voeding aansluiten ............. 24 6 Configuratie Lokale instellingen uitvoeren ............. 24 1 Over de documentatie 6.1.1 Over lokale instellingen..........24 Over dit document ..............6.1.2 Componenten voor lokale instellingen ......25 6.1.3 Toegang tot de componenten voor lokale instellingen 25 6.1.4 Stand 1 of 2 activeren ..........25 Voor de installateur 6.1.5 Gebruik van stand 1............ 26 6.1.6 Gebruik van stand 2............ 26 2 Over de doos 6.1.7 Stand 1: Controle instellingen ........
  • Pagina 5: Over De Documentatie

    ........... 42 en de product­information/. ▪ Gedetailleerde  stap  per 15 Verplaatsen gebruiker stap  instructies  en  achter­ grondinformatie  voor  ba­ 16 Als afval verwijderen sis­ en gevorderd gebruik Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale Daikin­website of via uw dealer beschikbaar zijn. Voor de installateur Accessoireleidingen: Diameters Over de doos Accessoireleidingen (mm) Øa Øb Gasleiding 19,1 Accessoires van de buitenunit 25,4 22,2 ▪ Aansluiting aan de voorkant verwijderen ID Øa...
  • Pagina 6: Transportbeveiliging Verwijderen

    3 Over de units en opties Deze  units  zijn  bedoeld  voor  installatie  buitenshuis  en  zijn  bedoeld Accessoireleidingen (mm) Øa Øb voor  warmtepomptoepassingen,  waaronder  lucht/lucht­  en  lucht/ Vereffeningsleiding 19,1 watertoepassingen. ▪ Aansluiting aan de voorkant ID Øa 19,1 22,2 Systeemlay­out ID Øb OPMERKING ▪ Aansluiting  aan  Het  systeem  mag  niet  worden  ontworpen  bij  een onderkant temperatuur van minder dan –15°C.
  • Pagina 7: Leidingmaat Selecteren

    4 Voorbereiding 4.1.2 Leidingmaat selecteren E: Leidingen tussen koelmiddelaftakset en binnenunit Bepaal de geschikte maat aan de hand van de volgende tabellen en de afbeelding (alleen als referentie). De  leidingdiameter  voor  rechtstreekse  aansluiting  op  de  binnenunit moet  dezelfde  zijn  als  de  diameter  voor  de  aansluitleiding  van  de binnenunit  (wanneer  de  binnenunit  een  VRV  DX­binnenunit  of Hydrobox is). Capaciteitsindex Leidingmaat (buitendiameter) (mm) binnenunit Gasleiding Vloeistofleiding 15~50 12,7 63~125...
  • Pagina 8: Koelmiddelaftaksets Selecteren

    4 Voorbereiding ▪ Wanneer  de  vereiste  leidingdiameters  (inch­maten)  niet ▪ Kies  uit  de  volgende  tabel  volgens  de  totale  capaciteit  van  alle verkrijgbaar  zijn,  mag  u  ook  andere  diameters  (mm­maten) onder de refnet­verdeler aangesloten binnenunits. gebruiken; houd hierbij rekening met de volgende punten: Capaciteitsindex binnenunit 2 leidingen ▪ Neem  de  leidingdiameter  die  het  dichtst  bij  de  gevraagde <200 KHRQ22M29H diameter ligt.
  • Pagina 9: Meerdere Buitenunits: Mogelijke Lay­outs

    4 Voorbereiding 4.1.4 Meerdere buitenunits: Mogelijke lay­outs >2 m >2 m >2 m ▪ De  leidingen  tussen  de  buitenunits  moeten  waterpas  of  licht oplopend  worden  aangelegd  om  te  voorkomen  dat  olie  in  de leidingen blijft staan. Patroon 1 Patroon 2 ≤2 m ≤2 m Naar binnenunit Leiding tussen buitenunits OPMERKING Bij een systeem met meerdere buitenunits gelden voor de installatie  beperkingen  op  de  volgorde  van  de aansluitingen van de koelmiddelleiding tussen buitenunits.
  • Pagina 10: Installatie

    5 Installatie Voor andere combinaties dan de standaard 5.1.2 Elektrische componentenkast van de buitenunit openen Bereken de aanbevolen capaciteit van de zekering Formule Tel de minimum circuitampère van elke gebruikte unit OPMERKING op (zie de tabel hiervoor), vermenigvuldig het resultaat Forceer het deksel van de elektronische componentenkast met 1,1 en selecteer de volgende hogere aanbevolen niet  wanneer  u  het  opent.  Anders  kunt  u  het  deksel capaciteit van de zekeringen. vervormen,  waardoor  er  water  in  de  kast  kan Voorbeeld Combinatie van de RXYQ30 met behulp van de binnendringen en de apparatuur onklaar geraakt. RXYQ8, RXYQ10, en RXYQ12. 8~12 HP ▪ Minimum circuitampère van de RXYQ8=16,1 A ▪ Minimum circuitampère van de RXYQ10=22,0 A ▪...
  • Pagina 11: De Buitenunit Monteren

    5 Installatie OPMERKING De buitenunit monteren ▪ Maak  een  waterafvoerkanaal  rond  de  fundering  om afvalwater  rond  de  unit  af  te  voeren. 5.2.1 De installatiestructuur voorzien Tijdens  het  verwarmen  en  wanneer  Zorg  ervoor  dat  de  unit  waterpas  staat  op  een  voldoende  stevige buitentemperaturen  onder  nul  liggen,  zal  het ondergrond om trillingen en lawaai te voorkomen.
  • Pagina 12: Koelmiddelleiding Op Buitenunit Aansluiten

    5 Installatie 5.3.2 Koelmiddelleiding op buitenunit Aansluiting Beschrijving aansluiten Aansluiting aan de Breek de uitbreekopeningen in het onderste onderkant frame open en geleid de leiding onder de OPMERKING onderkant. ▪ Gebruik de als accessoire bijgeleverde leidingen bij het uitvoeren van lokale leidingwerken. ▪ Let  er  ook  op  dat  de  lokale  leidingen  geen  andere leidingen of bodem­ of zijpaneel raken. Vooral voor de aansluiting  aan  de  onderkant  en  de  zijkant  moet  de leiding  met  gepast  isolatiemateriaal  worden beschermd, ...
  • Pagina 13: Omgaan Met Het Afsluiterdeksel

    5 Installatie p < p > Omgaan met het afsluiterdeksel ▪ Het  afsluiterdeksel  is  verzegeld  op  de  door  de  pijl  aangegeven plaats. Zorg dat u het niet beschadigt. ▪ Draai het afsluiterdeksel na gebruik van de afsluiter goed vast. Zie R410A de tabel hieronder voor het aanhaalmoment. ▪ Controleer  na  het  vastdraaien  van  het  afsluiterdeksel  op koelmiddellekken. Reduceerklep Stikstof Weegschaal Fles R410A­koelmiddel (hevelsysteem) Vacuümpomp Afsluiter vloeistofleiding Afsluiter gasleiding Klep A Klep B Omgaan met de servicepoort 3 Verwijder ...
  • Pagina 14: De Koelmiddelleiding Controleren

    5 Installatie OPMERKING De koelmiddelleiding controleren Zorg  ervoor  dat  de  kleppen  van  alle  (lokaal  voorziene) lokale leidingen OPEN staan (behalve de afsluiters van de 5.4.1 Over het controleren van de buitenunit!)  voordat  u  begint  met  de  lektest  of  het koelmiddelleidingen vacuümdrogen. Zijn de werkzaamheden aan Werk de leidingen af. Zie  "5.4.3  Koelmiddelleiding  controleren:  Opstelling"  op  pagina  14 de koelmiddelleiding klaar? voor meer informatie over de stand van de kleppen.
  • Pagina 15: Lektest Uitvoeren

    5 Installatie OPMERKING Koelmiddelleidingen isoleren De  aansluitingen  op  de  binnenunits  en  alle  binnenunits Na  de  lektest  en  het  vacuümdrogen  moeten  de  leidingen  worden moeten ook worden getest op lekken en op vacuüm. Houd geïsoleerd. Houd hierbij rekening met de volgende punten: eventuele  (lokaal  voorziene)  kleppen  van  lokale  leidingen ook open. ▪ Isoleer de aansluitleidingen en koelmiddelaftaksets volledig. Zie  de  montagehandleiding  van  de  binnenunit  voor  meer ▪...
  • Pagina 16: Over Koelmiddel Bijvullen

    5 Installatie OPMERKING 5.6.3 Bepalen hoeveel koelmiddel bijgevuld moet worden Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik in om de carterverwarming  van  stroom  te  voorzien  en  de OPMERKING compressor te beschermen. De  hoeveelheid  koelmiddel  in  het  systeem  moet  minder OPMERKING dan  100  kg  bedragen.  Dit  betekent  dat  als  de  berekende totale  hoeveelheid  koelmiddel  gelijk  aan  of  meer  is  dan Als ...
  • Pagina 17: Koelmiddel Vullen: Stroomschema

    5 Installatie 5.6.4 Koelmiddel vullen: Stroomschema Zie "5.6.5 Koelmiddel vullen" op pagina 19 voor meer informatie. Koelmiddel vooraf vullen Stap 1 p< p> Bereken hoeveelheid extra koelmiddel: R (kg) Stap 2+3 R410A • Open klep C, D en B naar de vloeistof- en vereffeningsleiding • Vul de vereffeningsleiding tot maximaal 0,05 MPa, sluit vervolgens klep C en maak de aansluiting op het verdeelstuk los.
  • Pagina 18 5 Installatie Koelmiddel bijvullen << Vervolg van vorige pagina R>Q Stap 5 p< p> • Sluit klep A aan op de koelmiddelvulpoort (d) • Open alle afsluiters van de buitenunit R410A Stap 6 Ga verder met automatisch of handmatig vullen Automatisch vullen Handmatig vullen Stap 6a Stap 6b...
  • Pagina 19: Koelmiddel Vullen

    5 Installatie << Vervolg van vorige pagina Vullen bij verwarmen Vullen bij koelen ("t22" opstartregeling) ("t02" opstartregeling) ("t23" wachten op stabiel verwarmen) ("t03" wachten op stabiel koelen) "t23" knippert "t03" knippert • Druk binnen de 5 minuten op BS2 • Druk binnen de 5 minuten op BS2 •...
  • Pagina 20: Stap 6A: Koelmiddel Automatisch Vullen

    5 Installatie p < p > OPMERKING ▪ De  koelmiddelvulpoort  is  aangesloten  op  de  leiding  in de  unit.  De  interne  leidingen  van  de  unit  zijn  al  in  de fabriek  gevuld  met  koelmiddel  ­  sluit  de  vulslang  dus voorzichtig aan. R410A ▪ Vergeet  na  het  bijvullen  van  koelmiddel  niet  om  het deksel ...
  • Pagina 21: Stap 6B: Koelmiddel Handmatig Vullen

    5 Installatie INFORMATIE Code Oorzaak Oplossing Binnenunit is buiten Probeer opnieuw wanneer Als  tijdens  deze  automatische  vulprocedure  een temperatuurbereik voor omgevingsvoorwaarden storingscode  wordt  weergegeven,  wordt  de  unit  stilgelegd lekdetectie zijn vervuld. en  knippert  " ".  Druk  op  BS2  om  de  procedure  te herbeginnen. Buitenunit is buiten Probeer opnieuw wanneer temperatuurbereik voor omgevingsvoorwaarden INFORMATIE lekdetectie zijn vervuld.
  • Pagina 22: De Elektrische Bedrading Aansluiten

    5 Installatie 5.7.3 Transmissiebedrading routeren en De elektrische bedrading bevestigen aansluiten De transmissiebedrading kan alleen door de voorkant worden geleid. Bind de bedrading vast aan het bovenste montagegat. 5.7.1 Lokale bedrading: Overzicht 8~12 HP 14~20 HP De lokale bedrading bestaat uit de bedrading van de voeding (altijd met  aarding)  en  communicatie  tussen  binnen­  en  buitenunit  (= transmissie). Voorbeeld: Lokale voeding (met aardlekbeveiliging) Hoofdschakelaar Aardingsaansluiting Buitenunit Binnenunit Gebruikersinterface Voedingsbedrading (ommantelde kabel) (230 V) Transmissiebedrading (ommantelde kabel) (16 V) Voeding 3N~ 50 Hz Voeding 1~ 50 Hz Aardingsbedrading 5.7.2 Richtlijnen bij het uitslaan van de uitbreekopeningen Transmissiebedrading (mogelijkheid 1) ▪...
  • Pagina 23: Transmissiebedrading Aansluiten

    5 Installatie 5.7.4 Transmissiebedrading aansluiten 5.7.5 Transmissiebedrading voltooien De  bedrading  van  de  binnenunits  moet  worden  aangesloten  op  de Omwikkel de transmissiebedrading na de installatie ervan in de unit, klemmen F1  /   F 2 (In­Out) op de printplaat in de buitenunit. samen  met  de  lokale  koelmiddelleidingen  met  behulp  van afwerkingstape, zoals hierna afgebeeld. Aanhaalmoment van de klemmen van de transmissiebedrading: Schroefmaat Aanhaalmoment (N•m) M3,5 (A1P) 0,80~0,96 Installatie met één buitenunit F2 Q1 Q2 Vloeistofleiding Gasleiding TO IN/D UNIT TO OUT/D UNIT TO MULTI UNIT Isolatie...
  • Pagina 24: Voeding Aansluiten

    6 Configuratie 5.7.7 Voeding aansluiten Lokale instellingen uitvoeren Klem  de  voedingskabel  met  lokaal  voorziene  klemmen  vast  op  de 6.1.1 Over lokale instellingen plastic beugel. De groen en geel gestreepte draad mag alleen worden gebruikt voor Om  verder  te  gaan  met  de  configuratie  van  het  VRV  IV­ de aarding (zie de afbeelding hierna). warmtepompsysteem,  is  een  input  naar  de  printplaat  van  de  unit 8~12 HP vereist. In dit hoofdstuk vindt u informatie over manuele inputs door middel van de drukknoppen/DIP­schakelaars op de printplaat en de...
  • Pagina 25: Componenten Voor Lokale Instellingen

    6 Configuratie Zie ook: OPMERKING ▪ "6.1.4 Stand 1 of 2 activeren" op pagina 25 Zorg  ervoor  dat  alle  buitenpanelen,  behalve  het servicedeksel  van  de  kast  met  elektrische  componenten, ▪ "6.1.5 Gebruik van stand 1" op pagina 26 dicht zijn terwijl u werkzaamheden uitvoert. ▪ "6.1.6 Gebruik van stand 2" op pagina 26 Sluit  het  deksel  van  de  kast  met  elektrische  onderdelen ▪ "6.1.7 Stand 1: Controle instellingen" op pagina 26 goed voordat u de voeding inschakelt. ▪ "6.1.8 Stand 2: Lokale instellingen" op pagina 27 6.1.4 Stand 1 of 2 activeren 6.1.2 Componenten voor lokale instellingen Initialisering: standaardsituatie...
  • Pagina 26: Gebruik Van Stand 1

    6 Configuratie [1­1] 6.1.5 Gebruik van stand 1 Geeft de status van de geluidsarme werking aan. Stand 1 wordt gebruikt voor het instellen van basisinstellingen en het controleren van de staat van de unit. [1­1] Beschrijving Unit werkt momenteel niet in de geluidsarme werking. Instellingen in stand 1 Activeer stand 1 (druk 1 keer op BS1) Unit werkt momenteel in de geluidsarme veranderen en selecteer de gewenste instelling. werking. Druk hiervoor op BS2. Druk 1 keer op BS3 om naar de waarde [1­2] van de gewenste instelling te gaan. Geeft de status van de werking met stroomverbruikbegrenzing aan. Afsluiten en terugkeren Druk op BS1. [1­2] Beschrijving naar de beginstand Unit werkt momenteel niet met stroomverbruikbegrenzing. 6.1.6 Gebruik van stand 2 Unit werkt momenteel met Lokale instellingen in stand 2 moeten in de master­unit worden stroomverbruikbegrenzing. ingevoerd. [1­5] [1­6] Stand 2 wordt gebruikt voor het instellen van lokale instellingen van de buitenunit en het systeem. Geeft aan: ▪ [1­5]: De actuele T ­streefparameterpositie aan.
  • Pagina 27: Stand 2: Lokale Instellingen

    6 Configuratie [2­14] Dan wordt de geschatte hoeveelheid gelekt koelmiddel weergegeven in Voer de extra bijgevulde hoeveelheid koelmiddel in. [1­35]=1 [1­29] Voer  de  totale  hoeveelheid  extra  koelmiddel  die  werd  bijgevuld  in [1­36]=1 [1­30] wanneer u de automatische lekdetectie wilt gebruiken. [1­37]=1 [1­31] [2­14] Hoeveelheid extra koelmiddel (kg) [1­38] [1­39] 0 (standaard) Geen input 0<x<5 Geeft aan: 5<x<10 ▪ [1­38]: Aantal op het systeem aangesloten RA DX­binnenunits. 10<x<15 ▪ [1­39]:  Aantal  op  het  systeem  aangesloten  Hydrobox­binnenunits (HXY080/125).
  • Pagina 28: Met Behulp Van De Lekdetectiefunctie

    7 Inbedrijfstelling [2­49] INFORMATIE Instelling hoogteverschil. ▪ De  gewogen  en  reeds  genoteerde  bijgevulde hoeveelheid  koelmiddel  (niet  de  totale  hoeveelheid [2­49] Beschrijving koelmiddel in het systeem) moet worden ingevoerd. 0 (standaard) — ▪ De  lekdetectiefunctie  is  niet  beschikbaar  wanneer  er Wanneer de buitenunit hoger dan de Hydrobox­units  of  RA  DX­binnenunits  op  het  systeem binnenunits is geïnstalleerd en het zijn aangesloten. hoogteverschil tussen de laagste binnenunit en ▪...
  • Pagina 29: Over Proefdraaien

    7 Inbedrijfstelling Isolatietest van het hoofdvoedingscircuit Over proefdraaien Controleer met behulp van een megger van 500 V of een De  hiernavolgende  procedure  beschrijft  het  proefdraaien  van  het isolatiebestendigheid van 2 MΩ of meer is bereikt. Breng volledige  systeem.  De  volgende  punten  worden  gecontroleerd  en hiervoor  een  spanning  van  500  V  DC  aan  tussen  de beoordeeld: voedingsklemmen  en  de  aarding.  Gebruik  nooit  een megger voor de transmissiebedrading. ▪...
  • Pagina 30: Proefdraaien

    8 Opsporen en verhelpen van storingen beëindigen van het proefdraaien. Zie de montagehandleiding van 5 Controleer  het  resultaat  van  het  proefdraaien  op  het  7­ de  binnenunit  (bijv.  Hydrobox)  voor  meer  informatie  over segmentendisplay van de buitenunit. afzonderlijk proefdraaien. Beëindiging Beschrijving INFORMATIE Normaal beëindigd Geen aanduiding op het 7­segmentendisplay (stilstand). ▪ Het  kan  10  minuten  duren  om  het  koelmiddel  in  een uniforme  toestand  te  krijgen  voordat  de  compressor Abnormaal Aanduiding van storingscode op het 7­...
  • Pagina 31: Storingscodes: Overzicht

    8 Opsporen en verhelpen van storingen Storingscodes: Overzicht Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Hogedrukschakelaar geactiveerd Controleer toestand van afsluiter of (S1PH, S2PH) ­ A1P (X3A; X4A) problemen met (lokale) leidingen of luchtstroom over luchtgekoelde spiraal. ▪ Te veel koelmiddel ▪ Controleer  hoeveelheid  hoeveelheid +bijkomende hoeveelheid unit. ▪ Afsluiter is gesloten ▪ Open afsluiters Afsluiter is gesloten (vloeistof) Open vloeistofafsluiter. ▪ Te veel koelmiddel ▪ Controleer  hoeveelheid  hoeveelheid +bijkomende hoeveelheid unit. ▪ Afsluiter is gesloten ▪ Open afsluiters. Lagedrukstoring: ▪...
  • Pagina 32 8 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Storing sensor vloeistoftemperatuur Controleer aansluiting op printplaat of (na onderkoeling HE) storing (R5T) ­ actuator. A1P (X30A) Storing sensor vloeistoftemperatuur Controleer aansluiting op printplaat of (warmtewisselaar) (R4T) ­ A1P (X30A) actuator. Storing sensor gastemperatuur (na Controleer aansluiting op printplaat of onderkoeling HE) storing (R6T) ­ A1P actuator. (X30A) Storing hogedruksensor (S1NPH): Controleer aansluiting op printplaat of open keten ­ A1P (X32A) actuator. Storing hogedruksensor (S1NPH): Controleer aansluiting op printplaat of kortsluiting ­ A1P (X32A) actuator. Storing lagedruksensor (S1NPL): open Controleer aansluiting op printplaat of keten ­ A1P (X31A) actuator. Storing lagedruksensor (S1NPL): Controleer aansluiting op printplaat of kortsluiting ­ A1P (X31A) actuator. Transmissie buitenunit ­ inverter: INV1 Controleer aansluiting. transmissieprobleem ­ A1P (X20A, X28A, X40A) Transmissie buitenunit ­ inverter:...
  • Pagina 33 8 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Master Slave 1 Slave 2 Verkeerde combinatie in systeem. Controleer of storing zich voordoet bij Verkeerde combinatie types binnenunit andere binnenunits en of combinatie (R410A, R407C, RA, Hydrobox, enz.) van binnenunits is toegestaan. Storing binnenunit Storing aansluiting binnenunits of Controleer of storing zich voordoet bij verkeerde combinatie types (R410A, andere binnenunits en of combinatie R407C, RA, Hydrobox, enz.) van binnenunits is toegestaan. Storing aansluiting binnenunits of Controleer of storing zich voordoet bij verkeerde combinatie types (R410A, andere binnenunits en of combinatie R407C, RA, Hydrobox, enz.) van binnenunits is toegestaan. Verkeerde combinatie units (multi­ Controleer of unittypes compatibel zijn. systeem) Verkeerde combinatie units (multi­ Controleer of unittypes compatibel zijn. systeem) Storing automatische adressering Controleer of aantal units met (inconsistentie) transmissiebedrading overeenstemt met aantal op voeding aangesloten units (controlestand) of wacht tot einde initialisering. Storing automatische adressering Controleer of aantal units met (inconsistentie)
  • Pagina 34: Technische Gegevens

    9 Technische gegevens Technische gegevens Leidingschema: RYMQ8~12 Leidingschema: Buitenunit INFORMATIE Op  het  einde  van  dit  deel  vindt  u  een  legende  voor  de onderstaande afbeeldingen. Leidingschema: RYYQ8~12 (S1NPL) (S1NPH) (S1PH) R21T 10-12HP (S1NPL) (S1NPH) (S1PH) R21T Leidingschema: RYMQ14~20 10-12HP (Y1E) Leidingschema: RYYQ14~20 (S1NPH) (S1NPL) (S1PH) (S2PH) R21T R22T 10-12HP (S1NPL) (S1NPH) (S1PH) (S2PH)
  • Pagina 35 9 Technische gegevens Leidingschema: RXYQ8~12 (S1NPL) (S1NPH) (S1PH) R21T 10-12HP Leidingschema: RXYQ14~20 (S1NPL) (S1NPH) (S1PH) (S2PH) R22T R21T 10-12HP Compressor (M1C) Compressor (M2C) Warmtewisselaar Ventilator Ventilatormotor (M1F, M2F) Accumulator Expansieklep, hoofd (Y1E) Expansieklep, warmtewisselaar met onderkoeling (Y2E) Expansieklep, opslagreservoir (Y3E) Warmtewisselaar met onderkoeling Olieafscheider Elektromagnetische klep, olieaccumulator (Y2S) Elektromagnetische klep, olie1 (Y3S) Elektromagnetische klep, olie2 (Y4S) 4­wegsklep, hoofd (Y1S) 4­wegsklep, sub (Y5S) Elektrische componentenkast Servicepoort, vullen koelmiddel Afsluiter, vloeistof Afsluiter, gas Afsluiter, gas vereffening Warmteaccumulatie­element Servicepoort RYYQ+RYMQ+RXYQ8~20T7Y1B Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing VRV IV­systeem airconditioner 4P370473­1 – 2014.02...
  • Pagina 36: Voor De Gebruiker

    10 Voor de gebruiker Voor de gebruiker Over het systeem Bediening INFORMATIE 12.1 Gebruik van het systeem Dit  apparaat  is  bedoeld  voor  gebruik  door  expert  of opgeleide  gebruikers  in  winkels,  lichte  industrie  en  op 12.1.1 Over het gebruik van het systeem boerderijen,  of  voor  commercieel  gebruik  door  niet­ deskundigen. ▪ De  bedieningsprocedure  hangt  af  van  de  combinatie  van De ...
  • Pagina 37: Gebruik Van Het Systeem (Zonder Keuzeschakelaar Koelen/Verwarmen Op De Afstandsbediening)

    12 Bediening Warme start OPMERKING Om  te  voorkomen  dat  bij  het  begin  van  verwarmen  koude  lucht  uit Schakel  de  voeding  niet  meteen  uit  nadat  de  unit  is een  binnenunit  wordt  geblazen,  wordt  de  binnenventilator gestopt, maar wacht minstens 5 minuten. automatisch  stilgelegd.  Op  het  display  van  de  gebruikersinterface Instellen wordt ...
  • Pagina 38: Luchtstroomrichting Instellen

    13 Onderhoud en service 2 Druk enkele keren op de keuzeknop voor de werkingsstand op OPMERKING de gebruikersinterface en selecteer   (ontvochtigen). ▪ Het  draaibereik  van  de  klep  kan  worden  veranderd. 3 Druk op de AAN/UIT­knop van de gebruikersinterface. Neem contact op met uw dealer voor meer informatie. (alleen  voor  dubbelstroom,  multi­stroom,  hoek, Gevolg:  Het  bedrijfslampje  licht  op  en  het  systeem  begint  te plafondmontage en wandmontage). werken. ▪ Gebruik  de  klep  bij  voorkeur  niet  in  de  horizontale 4 Druk ...
  • Pagina 39: Dienst­na­verkoop En Garantie

    14 Opsporen en verhelpen van storingen OPMERKING Opsporen en verhelpen van Veeg  het  bedieningspaneel  van  de  controller  niet  af  met benzine,  thinner,  chemische  reinigingsdoeken,  enz.  Het storingen paneel  kan  verkleuren  of  de  coating  kan  afschilferen. Dompel  bij  een  sterk  vervuild  bedieningspaneel  een  doek Als  zich  één  van  de  volgende  problemen  voordoet,  neem  dan in ...
  • Pagina 40: Storingscodes: Overzicht

    14 Opsporen en verhelpen van storingen Storing Maatregel Hoofdcode Inhoud Het systeem werkt, ▪ Controleer of de luchtinlaat of ­uitlaat van Storing thermistor gebruikersinterface (binnenunit) maar koelt of verwarmt de  buitenunit  of  de  binnenunit  niet Storing printplaat (buitenunit) onvoldoende. geblokkeerd is. Aardlekschakelaar geactiveerd (buitenunit) ▪ Verwijder  eventuele  obstakels  en  zorg Hogedrukschakelaar geactiveerd voor voldoende ventilatie. Storing lage druk (buitenunit) ▪ Controleer  of  het  luchtfilter  niet  verstopt Compressorblokkering gedetecteerd (buitenunit) is (zie "Onderhoud" in de handleiding van de binnenunit). Storing ventilatormotor (buitenunit) Storing elektronische expansieklep (buitenunit) ▪...
  • Pagina 41: Symptomen Die Geen Storingen Van De Airconditioner Zijn

    14 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Inhoud 14.2.6 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit) Storing aansluiting binnenunits of verkeerde combinatie types ▪ Wanneer  het  vochtgehalte  bij  het  koelen  hoog  is.  Als  de Dubbel gecentraliseerd adres binnenkant  van  een  binnenunit  extreem  vuil  is,  zal  de Storing in communicatie gecentraliseerde besturing ­ temperatuurverdeling  in  de  kamer  ongelijk  zijn.  Daarom  is  het binnenunit nodig ...
  • Pagina 42: 14.2.12 Symptoom: Er Komt Stof Uit De Unit

    15 Verplaatsen 14.2.12 Symptoom: Er komt stof uit de unit Wanneer  een  unit  na  een  lange  periode  van  stilstand  weer  wordt gebruikt. Dit komt door stof in de unit. 14.2.13 Symptoom: De units geven een geur af De  unit  kan  geuren  opnemen  van  kamers,  meubilair,  sigaretten, enz., en die dan weer afgeven. 14.2.14 Symptoom: De ventilator van de buitenunit draait niet Tijdens  de  werking.  De  ventilatorsnelheid  wordt  geregeld  met  het oog op een optimale werking van het product. 14.2.15 Symptoom: Op het scherm staat "88"...
  • Pagina 44 4P370473-1 0000000M 4P370473­1  2014.02...

Inhoudsopgave