10.3. Richtlijnen bij het gebruik van de afsluiter
10.3.1. Waarschuwingen bij het gebruik van de afsluiter
Houd beide afsluiters open tijdens de werking.
In de afbeelding hierna ziet u de naam van elk onderdeel dat
vereist is bij het gebruik van de afsluiter.
De afsluiter is gesloten in de fabriek.
1
2
3
4
1
2
5
4
3
10.3.2. Gebruik van de afsluiter
Afsluiter openen
1
Verwijder het klepdeksel.
2
Steek een zeskantsleutel in de afsluiter en draai de afsluiter
linksom.
3
Stop met draaien zodra de afsluiter niet meer verder draait.
De afsluiter is nu open.
Om een Ø19,1 of Ø25,4 gasafsluiter volledig te openen, draai de
zeskantsleutel tot een aanhaalmoment tussen 27 en 33 N•m is
bereikt.
Een verkeerd aanhaalmoment kan lekkage van het koelmiddel en
breuk van het afsluiterdeksel veroorzaken.
1
4
AANDACHT
Deze waarden voor het aanhaalmoment gelden alleen
voor het openen van Ø19,1 en Ø25,4 gasafsluiters.
Afsluiter sluiten
1
Verwijder het klepdeksel.
2
Steek een zeskantsleutel in de afsluiter en draai de afsluiter
rechtsom.
3
Stop met draaien zodra de afsluiter niet meer verder draait.
De afsluiter is nu dicht.
Sluitrichting
Vloeistofzijde
RXYQQ8~20T7Y1B
VRV IV-Systeem airconditioner
4P345099-3C – 2015.02
1 Servicepoort en
servicepoortdeksel
2 Afsluiter
3 Aansluiting lokale leiding
4 Deksel afsluiter
1 Servicepoort
2 Deksel
3 Zeskantgat
4 Schacht
5 Afdichting
2
3
Gaszijde
10.3.3. Waarschuwingen bij het gebruik van het afsluiterdeksel
Het afsluiterdeksel is verzegeld op de plaats die door de pijl
wordt aangegeven. Zorg dat u het niet beschadigt.
Draai het afsluiterdeksel na gebruik van de afsluiter goed vast.
Zie de tabel hieronder voor het aanhaalmoment.
Controleer na het vastdraaien van het afsluiterdeksel op
koelmiddellekken.
10.3.4. Waarschuwingen bij het gebruik van de servicepoort
Gebruik altijd een vulslang met een drukpen omdat de
servicepoort een Schrader-klep is.
Draai het servicepoortdeksel na gebruik van de servicepoort
goed vast. Zie de tabel hieronder voor het aanhaalmoment.
Controleer na het vastdraaien van het servicepoortdeksel op
koelmiddellekken.
10.3.5. Aanhaalmomenten
Aanhaalmoment N•m (rechtsom draaien om te sluiten)
Schacht
Afmeting
afsluiter
(mm)
Klephuis
Ø9,5
5,4~6,6
Ø12,7
8,1~9,9
Ø15,9
13,5~16,5
Ø19,1
27,0~33,0
Ø25,4
10.4. Lektest en vacuümdrogen
Alle werkzaamheden aan de koelmiddelleidingen moeten klaar zijn
alvorens de (buiten- of binnen-)units in te schakelen.
De expansieventielen worden geïnitialiseerd bij het inschakelen van
de units. Dit betekent dat ze worden gesloten. Een lektest en
vacuümdrogen van lokale leidingen en binnenunits is niet mogelijk
wanneer dit gebeurt.
Daarom zijn er 2 methoden voor de initiële installatie, lektest en
vacuümdrogen.
Zijn de werkzaamheden aan
de koelmiddelleiding klaar?
Ja
Waren de binnenunits en/of
buitenunit al ingeschakeld?
Ja
Gebruik procedure
"10.4.3. Installatie van
koelmiddelleiding, lektest,
vacumeren na de elektrische
installatie van een binnenunit
of buitenunit" op pagina
20.
10.4.1. Algemene richtlijnen
Gebruik een 2-traps vacuümpomp met terugslagklep die tot
–100,7 kPa (5 Torr absoluut, –755 mmHg) kan vacumeren.
Sluit de vacuümpomp aan op de servicepoort van alle afsluiters
voor een grotere efficiëntie (zie
AANDACHT
Ontlucht niet met koelmiddel. Gebruik een vacuümpomp
om de installatie te ontluchten.
Deksel
Zeskant-
(afsluiter-
Service-
sleutel
deksel)
poort
13,5~16,5
4 mm
18,0~22,0
6 mm
23,0~27,0
11,5~13,9
8 mm
22,5~27,5
Nee
Werk de leidingen af
Nee
Gebruik procedure
"10.4.2. Installatie van
koelmiddelleiding, lektest,
vacumeren vóór de elektrische
installatie (gewone
installatiemethode)" op
pagina
20.
"10.4.4. Setup" op pagina
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
20).
19