3. Veiligheid
3.10.2
Functie van de veiligheidsinrichtingen
De veiligheidsinrichtingen beschermen uw gezondheid en uw leven.
•
Vergewis u er vóór werkzaamheden met de machine van dat de veiligheidsinrichtingen goed
functioneren.
•
Gebruik de machine alleen met werkzame veiligheidsinrichtingen.
Benaming
Beschermrooster in de
voorraadbak
Beschermroostervergrendel
ing
Weer- en
veiligheidsinrichting
Aftakasbescherming
3.11
Stickers waarschuwingen en instructies
Op de machine zijn verscheidene waarschuwingen en instructies aangebracht (voor de positie op de
machine zie 3.10.1 Locatie van de veiligheidsinrichtingen en van de waarschuwingen en instructies).
De waarschuwingen en instructies maken deel uit van de machine. Ze mogen niet worden verwijderd
of gewijzigd.
u
Ontbrekende of onleesbare waarschuwingen of instructies onmiddellijk vervangen.
Als bij reparaties nieuwe onderdelen worden gemonteerd, dienen hierop dezelfde waarschuwingen en
instructies te worden aangebracht als de waarschuwingen en instructies op de oorspronkelijke
onderdelen.
Bij de afdeling reserveonderdelen kunt u de juiste stickers met waarschuwingen en instructies
bestellen.
20
Functie
Voorkomt het meesleuren van lichaamsdelen door het draaiende
roerwerk.
Voorkomt het afhakken van lichaamsdelen door de doseerschuif.
Voorkomt storingen tijdens het strooien door klompen strooimiddel,
grote stenen en ander groter materiaal (zeefwerking).
Voorkomt het onopzettelijk openen van het beschermrooster in de
voorraadbak.
Vergrendelt mechanisch bij het correcte sluiten van het
beschermrooster.
Kan alleen met een werktuig worden ontgrendeld.
De weer- en veiligheidsinrichting voorkomt het uitwerpen van mest naar
voren (richting tractor/werkplek).
De weer- en veiligheidsinrichting voorkomt het gegrepen worden door
draaiende strooischijven van voren en vermindert dit risico vanaf de
zijkant en van achteren.
Voorkomt het intrekken van lichaamsdelen en kledingstukken in de
roterende aftakas.
5902921
MDS 8.2/14.2/18.2/20.2