9. Strooibedrijf
9.12.2
Instelling van de rijafstand en de strooibreedte
Rijenafstand aanpassen
u
Schroeven [1] losdraaien.
u
Platen [2] overeenkomstig de gewenste
rijenafstand instellen.
Breedte van de meststofstroken instellen
u
Veerstekker [3] verwijderen.
u
Positie van de zijplaat [2] via de instelplaat
[2] bepalen.
u
Lip in de overeenkomstige boring steken.
u
Lip met veerstekker [2] borgen.
De positie van de zijplaat is geborgd.
u
Procedure aan de andere zijde herhalen.
w
Door een hogere of lagere aanbouw van de machine kunnen kleine correcties tussen de niveaus
van de instelling worden bereikt.
9.12.3
Instelling van de strooihoeveelheid
Voorbeeld voor berekening van de strooihoeveelheid:
•
Er moeten twee rijen bestrooid worden.
•
De afstand tussen de beide te bestrooien rijen bedraagt 3 m.
○
104
De positie moet aan elke zijde gelijk
zijn.
Zodoende bedraagt de daadwerkelijke werkbreedte 6 m (doorrit ieder tweede rijpad).
Afb. 60: Platen aan de rijenstrooier
Afb. 61: Verstelling aan de rijenstrooier
5902921
MDS 8.2/14.2/18.2/20.2