Inhoudsopgave
Advertenties
6.5. Menustructuur-Temperatuurzone 2
Temperatuurzone
®
2
Temperatuurzone 2
Door deze parameter aan te vinken geeft u aan dat het systeem
over een tweede zone beschikt.
Setpoint aanvoertemperatuur koelen
Hiermee stelt u de aanvoertemperatuur voor koelbedrijf in voor
temperatuurzone 2.
Aanvoertemperatuur verwarmen (zonder stooklijn)
Als de stooklijnfunctie voor temperatuurzone 2 niet is aangevinkt,
kunt u hier een vaste aanvoertemperatuur voor verwarmingsbedrijf,
voor de tweede zone instellen.
Mengregelafsluiter 2
Hiermee geeft u aan of er een mengventiel is aangesloten voor
Temperatuurzone 2.
Vink deze functie aan als u een mengventiel heeft geïnstalleerd en
heeft aangesloten.
2.01
Temperatuurzone 2 (instellen)
2.02
Setpoint aanvoertemperatuur koelen (instellen)
2.03
Aanvoertemperatuur verwarmen (zonder stooklijn) (instellen)
2.04
Mengregelafsluiter (aanvinken)
2.05
Stooklijn (aanvinken)
2.06
Buitentemperatuur 1 (instellen)
2.07
Buitentemperatuur 2 (instellen)
2.08
Buitentemperatuur 3 (instellen)
2.09
Buitentemperatuur 4 (instellen)
2.10
Buitentemperatuur 5 (instellen)
2.11
Aanvoertemperatuur A / Buitentemperatuur 1 (instellen)
2.12
Aanvoertemperatuur B / Buitentemperatuur 2 (instellen)
2.13
Aanvoertemperatuur C / Buitentemperatuur 3 (instellen)
2.14
Aanvoertemperatuur D / Buitentemperatuur 4 (instellen)
2.15
Aanvoertemperatuur E / Buitentemperatuur 5 (instellen)
2.16
Aanvoertemperatuur verwarmen(zonder stooklijn) (instellen)
2.17
Minimale temperatuurbegrenzing (instellen)
2.18
Maximale temperatuurbegrenzing (instellen)
ä
Let op!
Deze functie is alleen te bedienen na invoering van de
installateurscode.
Stooklijn
Door deze functie aan te vinken geeft u aan een stooklijn te willen
gebruiken voor Temperatuurzone 2.
De warmtepomp zal de ingestelde aanvoertemperatuur maken bij
de bijbehorende buitentemperatuur.
Wanneer 2.05 is aangevinkt, kunt u de gewenste stooklijn voor de
woning instellen met behulp van de parameter 2.06 tot en met 2.10.
Als u geen stooklijn wilt gebruiken, vink dan 2.05 niet aan maar stel
voor verwarmingsbedrijf een vaste aanvoertemperatuur in
doormiddel van parameter 2.03 "Aanvoertemperatuur setpoint bij
verwarmen".
2.06 Aanvoertemperatuur A/buitentemp. 1
2.07 Aanvoertemperatuur B/ buitentemp. 2
2.08 Aanvoertemperatuur C/ buitentemp. 3
2.09 Aanvoertemperatuur D/ buitentemp. 4
2.10 Aanvoertemperatuur E/ buitentemp. 5
Met de parameters 2.06 tot en met 2.10 wordt de
aanvoertemperatuur ingesteld voor dezelfde buitentemperaturen
als bij Temperatuurzone 1 (parameters 1.06 tot 1.10).
Aan de hand van deze instellingen wordt een stooklijn vastgesteld.
Als parameter 2.05 niet is aangevinkt dient parameter 2.03 te
75
Advertenties
Inhoudsopgave
