8 Configuratie
Zie
"5.7 Een externe temperatuursensor
#
Code
[1.6]
[2-0A]
Afwijk. kamersensor
(gebruikersinterface die wordt gebruikt
als kamerthermostaat): afwijking van de
werkelijke kamertemperatuur gemeten
door de gebruikersinterface die wordt
gebruikt als kamerthermostaat.
▪ –5°C~5°C, stap 0,5°C
[1.7]
[2-09]
Afwijk. kamersensor (optie externe
kamersensor): enkel van toepassing als
de optie externe kamersensor
geïnstalleerd en geconfigureerd is.
▪ –5°C~5°C, stap 0,5°C
8.4.3
Primaire zone
Instelpunt-scherm
Regel de aanvoerwatertemperatuur voor de primaire zone via het
instelpunt-scherm [2] Hoofdzone.
Zie "8.3.5 Instelpunt-scherm" [ 4 53].
Tijdschema
Geef aan of de temperatuur van het aanvoerwater volgens een
programma wordt geregeld of niet.
De invloed van de AWT-instelpuntmodus [2.4] is als volgt:
▪ In de Vast AWT-instelpuntmodus bestaan de geplande acties uit
gewenste
aanvoerwatertemperaturen
voorgeprogrammeerd, of aangepast zijn.
▪ In de Weersafhankelijk AWT-instelpuntmodus bestaan de
geplande acties uit gewenste omschakelingsacties, die of
voorgeprogrammeerd, of aangepast zijn.
#
Code
[2.1]
Nvt
Tijdschema
▪ 0: Nee
▪ 1: Ja
Verwarmingsprogramma
Definieer een verwarmingstemperatuurprogramma voor de primaire
zone via [2.2] Programma verwarming.
voorbeeld" [ 4 54].
Zie
"8.3.8 Programmascherm:
Koelprogramma
Definieer een koeltemperatuurschema voor de primaire zone via
[2.3] Programma koeling.
voorbeeld" [ 4 54].
Zie
"8.3.8 Programmascherm:
Instelpunt modus
De instelpuntstand definiëren:
▪ Vast : de gewenste aanvoerwatertemperatuur hangt niet af van
de buitenomgevingstemperatuur.
▪ In de stand Weersafhankelijke
koeling
geldt
het
volgende
aanvoerwatertemperatuur:
▪ hangt af van de buitenomgevingstemperatuur voor verwarming
▪ hangt NIET af van de buitenomgevingstemperatuur voor
koeling
▪ In
de
stand
Weersafhankelijk
aanvoerwatertemperatuur af van de buitenomgevingstemperatuur.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
58
opstellen" [ 4 22]).
Beschrijving
die
of
Beschrijving
verwarming,
constant
voor
de
gewenste
hangt
de
gewenste
#
Code
[2.4]
Nvt
Instelpunt modus
▪ Vast
▪ Weersafhankelijke
constant koeling
▪ Weersafhankelijk
Wanneer de weersafhankelijke werking is geactiveerd, zorgen lage
buitentemperaturen voor warmer water en omgekeerd. In de
weersafhankelijke werking kan de gebruiker de temperatuur van het
water met maximaal 10°C verhogen of verlagen.
Weersafhankelijke curve verwarmen
Stel de weersafhankelijke verwarming voor de primaire zone in (als
[2.4]=1 of 2):
#
Code
[2.5]
[1-00]
Stel de weersafhankelijke verwarming in
[2.5] Stooklijn verwarming in:
[1-01]
T t
[1-02]
[1-03]
[1-02]
[1-03]
T
Streeftemperatuur aanvoerwater
t
(primaire zone)
T
Buitentemperatuur
a
Stel de weersafhankelijke verwarming in
[9.l] Overzicht instellingen in:
▪ [1-00]:
buitenomgevingstemperatuur. –40°C~
+5°C
▪ [1-01]:
buitenomgevingstemperatuur.
10°C~25°C
▪ [1-02]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of eronder valt.
[9‑01]°C~[9‑00]°C
Let op: Deze waarde moet hoger zijn
dan
buitentemperaturen
nodig is.
▪ [1-03]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de lage
omgevingstemperatuur of erover komt.
[9‑01]°C~min(45, [9‑00])°C
Let op: Deze waarde moet lager zijn
dan
buitentemperaturen
water nodig is.
Weersafhankelijke curve koelen
Stel de weersafhankelijke koeling voor de primaire zone in (als
[2.4]=2):
Beschrijving
verwarming,
Beschrijving
[1-00]
[1-01]
Lage
Hoge
Gewenste
als
[1‑03],
omdat
bij
warmer
water
Gewenste
als
[1‑02],
omdat
bij
hoge
minder
warm
ERGA04~08DAV3(A) + EHBH/X04+08DA
Daikin Altherma 3 R W
4P496758-1B – 2019.10
T a
de
lage
de