Ovenelektronica
Door de elektronica van het apparaat is
het mogelijk de verschillende ovenfunc-
ties te gebruiken voor bakken, braden,
grilleren en verwarmen.
Daarnaast dient de elektronica:
– voor de dagtijdweergave,
– als kookwekker,
– voor het automatisch in- en uitscha-
kelen van het apparaat,
– voor het gebruik van automatische
programma's,
– voor het samenstellen van eigen pro-
gramma's,
– voor het invoeren van individuele in-
stellingen.
Beveiligingen
Vergrendeling
De vergrendelingsfunctie voorkomt dat
de oven onbedoeld wordt bediend (zie
"Instellingen – Vergrendeling ").
De vergrendeling blijft ook na een
stroomstoring actief.
Koelventilator
De ventilator wordt bij elke bereiding
automatisch ingeschakeld. De ventilator
mengt de hete ovenlucht met de lucht
uit de keuken. Zo wordt de ovenlucht
afgekoeld, voordat deze tussen de deur
en het bedieningspaneel vrijkomt.
De ventilator blijft na een bereiding nog
enige tijd ingeschakeld, om te voorko-
men dat er vocht in de ovenruimte, op
het bedieningspaneel of in de inbouw-
kast neerslaat. De ventilator wordt auto-
matisch uitgeschakeld.
Automatische uitschakeling
Een bereiding met een ovenfunctie zon-
der magnetron kunt u starten zonder
dat u eerst een tijd moet invoeren. Om
te voorkomen dat het apparaat te lang
aanstaat en er brandgevaar ontstaat,
wordt het apparaat afhankelijk van de
ovenfunctie en de temperatuur na een
bepaalde tijd automatisch uitgescha-
keld (1 tot maximaal 12 uur nadat u het
apparaat voor het laatst heeft bediend).
Als u na een bereiding met magnetron
nog een bereiding met magnetron wilt
uitvoeren, wordt het magnetronsysteem
pas na ca. 10 seconden ingeschakeld.
Start een tweede bereiding pas na af-
loop van die tijd.
Uitvoering
31