Code
Melding
Waar-
Storing
schuwing
–
E146
Blower werkt niet
W147
–
Blower RPM laag
(laag toerental
ventilator)
W148
–
Blower RPM hoog
(hoog toerental
ventilator)
2596654-E_NL_2301_Condair GS_OM
Waarschijnlijk oorzaak/oplossing
De ventilator werkt niet of registreerde een waarde lager dan 500 tpm tijdens het onder
spanning zetten van de ventilator. Het apparaat is onveilig om met deze storing te werken.
Los het probleem op voordat u het apparaat opnieuw opstart.
Losse verbinding.
•
Controleer de PWM-verbinding (pulse width modulation) en de stroomverbinding naar
de ventilator.
Het ventilatorelais op het drivermoederbord kan defect zijn.
LET OP! Elektrostatische ontladingen beschadigen het moederbord.
•
Controleer visueel of LED7 (overeenkomend met relais REL8 voor de ventilator) op het
drivermoederbord oplicht wanneer de ventilator onder spanning staat. Als LED7 niet
oplicht is het relais defect.
•
Vervang het drivermoederbord. Zie de lijst met reserveonderdelen van GS.
Mogelijk ontbreekt het feedbacksignaal van de ventilator.
•
Start het apparaat opnieuw op en controleer het toerental van de ventilator in
ingang"
in de regelsoftware. Als het toerental laag is, neem dan contact op met uw Con-
dair-vertegenwoordiger.
Beperkingen aan de ventilator of beschadigde ventilator.
•
Controleer de ventilator en de ventilatorinlaat visueel op beperkingen.
•
Controleer de ventilatorwaaier visueel op beschadigingen. Bestel indien nodig een ver-
vangende ventilator.
De voeding naar het ventilatorrelais is beschadigd.
•
Controleer visueel de verbindingen met de voeding.
•
Controleer visueel het ventilatorrelais op beschadigingen en vervang indien nodig.
Versleten ventilator.
•
De ventilatorsnelheid kan door slijtage afnemen. De ventilator is veilig te gebruiken, maar
de uitvoer kan verminderd zijn. Bestel een vervangende ventilator.
De ventilator draait op een lager toerental dan de toegestane tolerantie. Het apparaat blijft
het toerental van de ventilator controleren.
Losse verbinding.
•
Controleer de PWM- en de stroomverbinding naar de ventilator.
Lage spanning.
•
Controleer visueel of LED7 (overeenkomend met relais REL8 voor de ventilator) op het
drivermoederbord oplicht wanneer de ventilator onder spanning staat.
•
Controleer of er 120 VAC-spanning aan de uitgangszijde van het ventilatorrelais aanwezig is.
Beperkingen aan de ventilator of beschadigde ventilator.
•
Controleer de ventilator en de ventilatorinlaat visueel op beperkingen.
Versleten ventilator.
•
De ventilatorsnelheid kan door slijtage afnemen. De ventilator is veilig te gebruiken, maar
de uitvoer kan verminderd zijn. Bestel een vervangende ventilator.
De ventilator draait op een hoger toerental dan de toegestane tolerantie. Het apparaat blijft
het toerental van de ventilator controleren en geeft een waarschuwing weer als het toerental
hoog blijft.
Losse verbinding.
•
Controleer de PWM-verbinding naar de ventilator.
"Diagnose
Storingen opzoeken
73