Inhoudsopgave
Advertenties
7.3
Oplossen van algemene problemen
De meeste bedrijfswaarschuwingen/-storingen worden veroorzaakt door een onjuiste installa-
tie of door het niet respecteren van de voorgestelde beste praktijken voor de installatie van de
luchtbevochtiger en systeemcomponenten. Een volledige storingsdiagnose vereist daarom altijd een
grondig onderzoek van het gehele systeem (slangverbindingen, besturingssystemen, etc.).
Tabel 13
biedt algemene richtlijnen voor het oplossen van problemen met de luchtbevochtiger. Voor
gedetailleerde informatie over het oplossen van problemen met de hulpcomponenten van het systeem,
zie de producthandleidingen.
De lijst met waarschuwings- en storingsmeldingen en corrigerende maatregelen wordt weergegeven in
Tabel 14 op pagina
Tabel 13: Algemeen oplossen van problemen – luchtbevochtiger
Probleem
Er gebeurt niets wanneer de
aan/uit-schakelaar wordt in-
geschakeld.
De luchtbevochtiger produ-
ceert geen stoom of bereikt
de instelwaarde van de RV niet.
De luchtbevochtiger geeft een
waarschuwings- of storings-
melding weer.
2596654-E_NL_2301_Condair GS_OM
68.
Waarschijnlijk oorzaak/oplossing
Onjuiste spanning of geen spanning.
– Controleer of de werkschakelaar in de toevoerleiding is ingeschakeld.
– Controleer de zekering op de omvormer en de aan/uit-schakelaar.
Stapsgewijze transformator geeft geen 24 VAC-spanning.
– Controleer de zekering.
– Meet en bevestig dat er 24 VAC-spanning aanwezig is op de primaire aansluitingen van de
transformator. Vervang de transformator indien nodig.
De veiligheidslus is open.
– Controleer of de melding "Safety Loop (veiligheidslus)" wordt weergegeven in het veld
bedrijfsstatus op het startscherm.
– Controleer of er 24 VAC spanning aanwezig is op pin "2" van de laagspanningsklemstrook.
– Controleer of alle aan/uit-apparaten die zijn aangesloten op pin "1" en "2" van de laagspan-
ningsklemmenstrook correct zijn aangesloten en of de contacten van de aan/uit-apparaten
op het juiste moment zijn gesloten.
Uitgang wordt beperkt door het signaal van de bovengrens hygrostaat.
– Controleer of de bovengrens hygrostaat te dicht bij de stoomverdeler is geïnstalleerd. De
aanbeveling is vijf keer het bevochtigingstraject met een minimum van 3 m. Controleer de
instelwaarde voor de bovengrens, meestal ingesteld op 80% RV.
Geen signaal op kanaal 1.
– Controleer de spanning tussen de pin "3" en 4" van de laagspanningsklemmenstrook. Voor
de configuratie van het vraagsignaal moet het signaal 27% van het volledige schaalsignaal
zijn om de luchtbevochtiger te kunnen starten. Voor de configuratie van het omvormersignaal
moet het signaal lager zijn dan de instelwaarde om de luchtbevochtiger te kunnen starten.
Geen signaal op kanaal 2 (op apparaten met
– Controleer de spanning tussen de pin "3" en 5" van de laagspanningsklemmenstrook. Voor
de configuratie van het vraagsignaal moet het signaal 27% van het volledige schaalsignaal
zijn om de luchtbevochtiger te kunnen starten. Voor de configuratie van het omvormersignaal
moet het signaal lager zijn dan de instelwaarde om de luchtbevochtiger te kunnen starten.
De capaciteit is handmatig beperkt.
– Controleer/wijzig de
De regelsoftware heeft een abnormale conditie gedetecteerd.
– Zie
Hoofdstuk
7.4.
"Regel kanalen"
"Manual Capacity"
indien nodig.
ingesteld op "Dual").
Storingen opzoeken
67
Advertenties
Inhoudsopgave
