6.2
Onderhoudsintervallen/onderhoudslijst
Om de bedrijfsveiligheid te waarborgen moet de stoomluchtbevochtiger Condair EL op gezette tijden
worden onderhouden. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de regelmatig vervanging/reiniging
van de stoomcilinder en het periodieke onderhoud van de stoomluchtbevochtiger.
–
Stoomcilinder vervangen/stoomcilinder reinigen
De besturingssoftware van de Condair EL bewaakt de capaciteit van de stoomcilinder en geeft aan
wanneer de stoomcilinder moet worden vervangen of gereinigd. De cilinderstatus wordt bij de eerste
inbedrijfstelling en bij elke keer terugzetten van de cilinderstatus in het submenu "Service" na het
vervangen/reinigen van de stoomcilinder in de begintoestand teruggezet.
Vervang/reinig de stoomcilinder en zet daarna de cilinderstatus via de terugzetfunctie in het submenu
"Service" terug in de begintoestand.
Opmerking: Voor het vervangen of reinigen van de stoomcilinder zijn onderhoudssets met alle bij
het betreffende stoomcilinderonderhoud te vervangen onderdelen verkrijgbaar.
–
Periodiek onderhoud
Het periodieke onderhoud moet minstens één keer per jaar worden uitgevoerd. Als daarbij ern-
stige vervuiling wordt aangetroffen, moet de tussenliggende periode voor het periodieke onderhoud
worden verkort.
Hieronder volgt een overzicht van de bij het periodieke onderhoud te verrichten werkzaamheden.
Onderdelen
Aftappomp
Cilinderbevestiging
Inlaatklep
Vulbeker
Afvoerbeker
Afvoerleiding incl. sifon
Stoominstallatie
Waterinstallatie
Elektrische installatie
De "Cylinder Spent"-melding op het standaardbedrijfsscherm wijst u erop
dat de stoomcilinder vervangen (vervangingsstoomcilinder) of gereinigd
(reinigbare stoomcilinder) moet worden.
Als het onderhoud niet binnen 7 dagen na het verschijnen van de "Cylinder
Spent"-melding wordt verricht en de cilinderstatus niet wordt teruggezet,
verschijnt er een foutmelding en wordt de stoomluchtbevochtiger stopgezet.
Te verrichten werkzaamheden
Demonteren, uit elkaar halen, reinigen en, indien nodig, vervangen.
Controleren en, indien nodig, reinigen.
Demonteren en zeefpakking reinigen, indien nodig vervangen.
Controleren en, indien nodig, reinigen.
Controleren en, indien nodig, reinigen.
Controleren en, indien nodig, reinigen (ontkalken en doorspoelen).
Stoom- en condensaatslangen op scheuren en een correcte be-
vestiging controleren, defecte slangen vervangen.
Waterslangen in het apparaat op scheuren en een correcte beves-
tiging controleren, defecte slangen vervangen.
Toevoerleiding op lekkages controleren, indien nodig afdichten.
Waterfilter, indien aanwezig, reinigen.
Alle kabels in het apparaat op nauwkeurige bevestiging en toestand
van de isolatie controleren.
Onderhoud
51