30
Met de besturingssoftware werken
–
Ground FI: Met deze instelling legt u vast of de hoofdschakelaar wordt
uitgeschakeld als de aftappomp wordt ingeschakeld ("On") om het afleiden
van stroom via de afvoer te voorkomen (waardoor de FI zou kunnen gaan
werken).
Fabrieksinstelling:
Optie:
–
Fill Stop: Met deze instelling legt u vast of de inlaatklep moet sluiten, als
de verwarmingsstroom 95% van de huidige gevraagde capaciteit heeft
bereikt ("On") om een overschot aan stoomproductie bij het vullen te
voorkomen of niet ("Off").
Opmerking: Zet deze instelling op "On", als het geleidingsvermogen van
het toevoerwater hoog is.
Fabrieksinstelling:
Optie:
–
Low Conductivity: Met deze functie kunt u de "Cylinder Spent"-detectie
aanpassen om bij een geleidingsvermogen van het toevoerwater van min-
der dan 125 μS/cm een onjuiste "Cylinder Spent"-detectie te voorkomen.
Fabrieksinstelling:
Optie:
– Cyl. Type: Met deze instelling legt u vast of de Condair EL met een ver-
vangingsstoomcilinder ("Disp.") of een reinigbare stoomcilinder ("Clean")
is uitgerust.
Fabrieksinstelling:
Optie:
On
On (hoofdschakelaar wordt tijdens het aftappen
uitgeschakeld)
Off (hoofdschakelaar blijft tijdens het aftappen in-
geschakeld, als de stoomluchtbevochtiger stoom
produceert)
Off
On (inlaatklep sluit als de verwarmingsstroomsterkte
95% van de actuele vraag heeft bereikt)
Off (inlaatklep blijft open totdat 100% van de vraag
is bereikt)
Off
On (gebruiken als het geleidingsvermogen van het
toevoerwater lager dan 125 μS/cm is)
Off (gebruiken als het geleidingsvermogen van het
toevoerwater hoger dan 125 μS/cm is)
Disp.
Disp. (Vervangingsstoomcilinder)
Clean (reinigbare stoomcilinder)