P_HY_0015_SW
Afb. 23
12.3
Scheidingsmembraan van de membraanbreuksensor vervangen
1.
Schroef voor het vervangen van het membraan de mem‐
1
braanbreuksensor uit de doseerkop.
2.
Controleer of het analyseapparaat geen membraanbreuk
2
weergeeft:
3.
Druk met een stompe, isolerende pen (Ø 2 ... 3 mm, zonder
3
3a
scherpe randen) in het kanaal van de membraanbreuk‐
sensor.
ð Het analyseapparaat moet een membraanbreuk aan‐
4
geven.
5
6
4.
Laat de stift weer los.
ð Het analyseapparaat mag geen membraanbreuk meer
aangeven.
5.
Herhaal deze test meerdere malen.
6.
Wanneer alles in orde is, kunt u de membraanbreuksensor
met een nieuwe afdichting (1) in de doseerkop monteren.
7.
Ga naar de volgende paragraaf als dat niet het geval is.
1.
Neem de membraanbreuksensor los van het analyseappa‐
raat.
2.
Schroef voor het vervangen van het membraan de mem‐
braanbreuksensor uit de doseerkop.
3.
Pak de membraanbreuksensor bij het bovendeel (2) vast.
Het is niet toegestaan om de met lak verzegelde
moer te verdraaien.
4.
Zet het sensorlichaam (5) vast met een steeksleutel.
5.
Schroef de membraanbreuksensor open.
6.
Reinig de verontreinigde delen.
7.
Leg het nieuwe scheidingsmembraan (3) met de lichte zijde
(PTFE) naar voren in het bovenste deel (2).
8.
Leg de schijf (4) in het bovenste deel (2).
9.
Plaats de veer in het sensorlichaam (5).
10.
Breng het sensorlichaam (5) dichter bij het bovenste deel (2).
ð De veer (6) moet goed op de veerzitting (3a) zitten.
11.
Schroef het sensorlichaam (5) in het bovenste deel en draai
dit goed vast.
12.
Sluit de membraanbreuksensor weer aan op het analyseap‐
paraat.
13.
Controleer de membraanbreuksensor zoals onder "Mem‐
braanbreuksensor controleren" wordt beschreven.
14.
Wanneer de membraanbreuksensor niet zuiver en betrouw‐
baar werkt, moet u absoluut een nieuwe membraanbreuk‐
sensor monteren.
15.
Verder - zie het volgende hoofdstuk.
Repareren
43