5
Functiebeschrijving
5.1 Aandrijfeenheid
5.2 Doseereenheid
5.3 Zelfontluchting
5.4 Membraanbreuksensor (optie)
Het doseermembraan wordt aangedreven door een elektromag‐
neet die door een elektronische besturingseenheid wordt bestuurd.
Het doseren vindt als volgt plaats: het doseermembraan wordt in
de doseerkop gedrukt; door de druk in de doseerkop sluit het zuig‐
ventiel en het doseermedium stroomt door het persventiel uit de
doseerkop. Nu wordt het doseermembraan uit de doseerkop
gehaald; door de onderdruk in de doseerkop sluit het persventiel
en er stroomt vers doseermedium door het zuigventiel in de
doseerkop. Eén werkcyclus is voltooid.
Zelfontluchtende doseereenheden (= SEK-typen) kunnen wanneer
de persleiding is aangesloten zelf aanzuigen en aanwezige lucht‐
bellen via een bypass afvoeren. Ook tijdens bedrijf kunnen zij
optredende gassen wegtransporteren, ongeacht de heersende
bedrijfsdruk. Door het ingebouwde drukhoudventiel kan er ook tij‐
dens drukloos bedrijf nauwkeurig worden gedoseerd.
De membraanbreuksignalering bewaakt de lekdichtheid van het
doseermembraan. De bijbehorende doseereenheid is aanvullend
voorzien van een scheidingsmembraan, dat het weglekken van
doseermedium enige tijd voorkomt.
De membraanbreuksignalering is uitgerust met een intrinsiek vei‐
lige membraanbreuksensor.
Functiebeschrijving
15