CombiFlex Universal
3.4.3
3.4.4
CFU/NL (1608) 4.2
Uitlijnen van de koppeling
1 Positioneer de elektromotor door middel van de bouten (0890), zodanig dat de
koppelingshelften in elkaars verlengde liggen.
2 Plaats een liniaal (A) tegen de koppeling. De liniaal moet beide koppelinghelften over
de hele breedte raken, zie figuur 2
Figuur 2:
Uitlijnen van de koppeling met behulp van een liniaal en een krompasser.
3 Voer deze controle een aantal malen uit rondom de hele koppeling.Voer deze controle
een aantal malen uit rondom de hele koppeling. Verplaats de elektromotor zodanig,
dat de liniaal over de gehele lengte tegen.
4 Controleer de uitlijning nogmaals met behulp van een diktepasser (B) op 2 diametraal
tegenover elkaar liggende punten op de zijkanten van de koppelingshelften, zie figuur
2.
5 Monteer de beschermkap.
Uitlijntoleranties
De maximaal toelaatbare toleranties bij het afstellen van de koppelinghelften staan
aangegeven in Tabel 3. Zie ook figuur 3.
Tabel 3: Uitlijntoleranties.
Buitendiameter
koppeling [mm]
81-95
96-110
111-130
131-140
141-160
161-180
181-200
201-225
225-250
251-280
A
B
V
min [mm] max [mm]
5
6
5
6
5
6
5
6
6
7
6
7
6
7
6
7
7
9
7
9
Installatie
Va
- Va
Vr
max
min
max
[mm]
[mm]
0,15
0,15
0,18
0,18
0,21
0,21
0,24
0,24
0,27
0,27
0,30
0,30
0,34
0,34
0,38
0,38
0,42
0,42
0,47
0,47
19