180
Rijden en bediening
Systeembeperkingen
De achteruitkijkcamera werkt moge‐
lijk niet goed in de volgende gevallen:
● in een donkere omgeving
● de lichtbundel van koplampen
valt rechtstreeks in de camera‐
lenzen
● bij een beperkt zicht door weers‐
omstandigheden, zoals bij mist,
regen of sneeuw
● de cameralenzen zijn bedekt met
sneeuw, ijs, sneeuwbrij, modder,
vuil. Reinig de lens, spoel deze
met water en veeg deze met een
zachte doek af
● de achterklep wordt geopend
● de auto trekt een elektrisch
aangesloten aanhangwagen,
fietsdrager etc.
● de auto een aanrijding aan de
achterzijde heeft gehad
● bij extreme temperatuurwisselin‐
gen
Verkeersbordherkenning
De verkeersbordherkenning is een
uitbreiding van de maximumsnel‐
heidsherkenning voor de snelheids‐
begrenzer en de cruise control.
Het systeem herkent de verkeersbor‐
den boven en toont deze op het Driver
Information Center.
9 Waarschuwing
Het werkelijke verkeersbord heeft
altijd prioriteit boven het verkeers‐
bord dat op het Driver Information
Center verschijnt.
Snelheidsbegrenzer 3 151.
Cruisecontrol 3 148.
Adaptieve cruisecontrol 3 153.
Driver Information Center 3 87.
Lane Departure Warning
Het Lane Departure Warning-
systeem observeert de rijstrookmar‐
keringen waartussen de auto rijdt via
een frontcamera boven aan de voor‐
ruit. Het systeem waarschuwt u met
visuele en akoestische signalen
wanneer u onbedoeld de rijstrook
verlaat.
De Lane Departure Warning is niet
actief bij bediening van de richting‐
aanwijzers en gedurende
20 seconden na uitschakeling van de
richtingaanwijzers.
9 Waarschuwing
Dit systeem is een rijhulp die niet,
in geen geval, de noodzaak van
waakzaamheid van de bestuurder
kan vervangen.