134
Rijden en bediening
De keuzehendel is vergrendeld in
stand P. Controleer vóór het ontgren‐
delen of het contact aan is. Trap het
rempedaal in, druk zo nodig op
UNLOCK en zet de keuzehendel in
de gewenste modus.
De motor kan alleen worden gestart
met de keuzehendel in P of N.
Wanneer de stand N is geselecteerd,
trapt u de rem in of schakelt u de
parkeerrem in alvorens te starten.
Rem voordat u de achteruitversnel‐
ling inschakelt volledig af. Trap het
rempedaal in, druk zo nodig op
UNLOCK en zet de keuzehendel in
R.
Schakelen type B
Verplaats de keuzehendel of druk op
de betreffende knoppen.
P : parkeerstand, wielen zijn
geblokkeerd, alleen inschakelen
wanneer de auto stilstaat, auto‐
matisch ingeschakeld wanneer
het bestuurdersportier wordt
geopend of de motor wordt uitge‐
schakeld
R : achteruitversnelling, alleen
inschakelen wanneer de auto
stilstaat
N : neutrale stand
D : automatische modus
M : handgeschakelde modus
Schakelen begint altijd vanuit een
middelste stand en werkt door de
keuzehendel te verplaatsen. Na het
bedienen gaat de keuzehendel terug
naar de middelste stand.De geselec‐
teerde modus verschijnt op het Driver
Information Center.
De keuzehendel is vergrendeld in
stand P. Druk om P in te schakelen op
de knop P.
P vergrendelt de voorwielen. Dit is de
aanbevolen stand voor het starten
van de motor omdat de auto niet
gemakkelijk kan bewegen.
De automatische versnellingsbak
schakelt automatisch naar P als
● de motor wordt uitgeschakeld
● het bestuurdersportier wordt
geopend bij een rijsnelheid van
minder dan 2 km/u