Controle 1: Kan de printer niet vinden in het scherm
Printerinstellingen controleren tijdens de instelling van het
bedrade LAN
Is de LAN-kabel aangesloten en zijn de printer en de router ingeschakeld?
Zorg dat de LAN-kabel is aangesloten.
Zorg dat de printer is ingeschakeld.
Controleer of de printer is ingeschakeld
Zorg dat de router is ingeschakeld.
Als de LAN-kabel is aangesloten en de printer of het netwerkapparaat is
uitgeschakeld:
Schakel de printer of het netwerkapparaat in.
Het kan enige tijd duren voordat de printer en het netwerkapparaat gereed zijn voor gebruik nadat ze zijn
ingeschakeld. Wacht even nadat u de printer of het netwerkapparaat hebt ingeschakeld en klik vervolgens
op Opnieuw detecteren (Redetect) in het scherm Printerinstellingen controleren (Check Printer
Settings) om de printer opnieuw te detecteren.
Als de printer wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het instellen
van de netwerkcommunicatie.
Als de LAN-kabel is aangesloten en de printer en het netwerkapparaat zijn
ingeschakeld:
Als de printer niet kan worden gevonden nadat u opnieuw hebt geprobeerd deze te detecteren, ook al zijn
de printer en het netwerkapparaat ingeschakeld, gaat u naar controle 2.
Controle 2: Kan de printer niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren tijdens de
instelling van het bedrade LAN
569