Flitscorrectie
Flitscorrectie wordt gebruikt om flitssterkte aan te passen van –3LW tot +1LW in stappen
1
van
/
LW, waarbij de helderheid van het hoofdonderwerp ten opzichte van de
3
achtergrond wordt gewijzigd. Flitssterkte kan worden verhoogd om het
hoofdonderwerp lichter te laten lijken, of worden verlaagd om ongewenste hoge lichten
of reflecties te voorkomen.
Druk op de M (Y)-knop en draai aan de secundaire
instelschijf totdat de gewenste stand in het
bedieningspaneel wordt weergegeven. Kies
doorgaans positieve waarden om het onderwerp
lichter te maken of negatieve waarden om het
onderwerp donkerder te maken.
Bij waarden anders dan ±0,0, wordt een
Y-pictogram in het bedieningspaneel en de zoeker
weergegeven nadat u de M (Y)-knop ontspant. De
huidige waarde voor flitscorrectie kan worden
gecontroleerd door op de M (Y)-knop te drukken.
De normale flitssterkte kan worden hersteld door de
flitscorrectie in te stellen op ±0,0. De flitscorrectie wordt
niet teruggezet wanneer de camera wordt
uitgeschakeld.
l
A
Optionele flitsers
Flitscorrectie is tevens beschikbaar voor optionele SB-910-, SB-900-, SB-800-, SB-700-, SB-600-,
SB-400- en SB-R200-flitsers. De SB-910, SB-900, SB-800, SB-700 en SB-600 maken tevens
flitscorrecties met behulp van de besturingen op de flitser mogelijk; de waarde die is geselecteerd
voor de flitser wordt aan de waarde die is geselecteerd voor de camera toegevoegd.
A
Zie ook
Voor informatie over het kiezen van de beschikbare stapgroottes voor flitscorrectie, zie
persoonlijke instelling b2 (Stapgrootte inst. belichting, 0 234). Voor informatie over de manier
waarop flitscorrectie en belichtingscorrectie kunnen worden gecombineerd, zie persoonlijke
instelling e4 (Belichtingscorr. voor flitser, 0 250). Zie pagina 133 voor informatie over
automatisch variërende flitssterkte voor een serie opnamen.
124
(Alleen standen P, S, A en M)
Secundaire
M (Y)-knop
instelschijf
±0 LW
(M (Y)-knop ingedrukt)
–0,3 LW
+1,0 LW