8
Instellingen
8.1
Werkdiepte van de diepwoeler instellen
1. Breng de combinatie met diepwoeler naar
boven.
2. Schakel de aftakas van de tractor uit, trek
de handrem van de tractor aan, zet de
tractormotor af en trek de contactsleutel uit
het contactslot.
3. Verwijder de lunspen (Fig. 28/1).
4. Pen (Fig. 28/2) eruit trekken. De pen is met
een veerclip geborgd.
5. Door de slinger (Fig. 28/3) te verdraaien
kan de gewenste werkdiepte worden
ingesteld.
Slingeromwenteling
Naar rechts draaien:
Naar links draaien:
TL 3001 BAH0044-2 03.18
VOORZICHTIG
De diepwoeler aan de tractor kopplele, voordat de werkdiepte
wordt ingesteld.
GEVAAR
Schakel de aftakas van de tractor uit, trek de handrem van de
tractor aan, zet de tractormotor af en verwijder de contactsleutel
uit het contactslot.
werkdiepte verkleinen
werkdiepte vergroten
Fig. 28
Instellingen
51