Inhoudsopgave
Advertenties
PROBLEEM
•
Zorg dat het origineel met de voorzijde naar
Kopie staat scheef.
beneden op de glasplaat is geplaatst.
•
Plaats het kopieerpapier op de juiste manier
in het apparaat.
Zorg dat het origineel met de voorzijde naar
Kopieën zijn blanco.
beneden op de glasplaat is geplaatst.
•
Vervang het papier in de lade door papier uit
Afdruk geeft
een ander pak.
gemakkelijk af.
•
In vochtige omstandigheden moet u papier
niet te lang ongebruikt in het apparaat laten
zitten.
•
Waaier de stapel papier uit en leg deze
Kopieerpapier loopt
ondersteboven terug in de lade. Vervang het
regelmatig vast.
papier in de lade door papier uit een ander
pak. Controleer de papiergeleiders en stel ze
indien nodig beter af.
•
Gebruik alleen afdrukpapier met het juiste
gewicht. Het aanbevolen papiergewicht is
75 g/m
•
Nadat u vastgelopen papier hebt verwijderd,
controleert u of er resten kopieerpapier in het
apparaat zijn achtergebleven.
•
Mogelijk bevatten uw originelen
De tonercassette
afbeeldingen, opgevulde vlakken of dikke
gaat korter mee dan
lijnen. Uw originelen zijn bijvoorbeeld
verwacht.
formulieren, nieuwsbrieven, boeken of
andere documenten die meer toner
gebruiken.
•
Mogelijk wordt het apparaat vaak in- en
uitgeschakeld.
•
Mogelijk is het deksel van de scanner
opengelaten tijdens het kopiëren.
63 _Problemen oplossen
VOORGESTELDE OPLOSSING
2
.
Problemen met scannen
PROBLEEM
•
Zorg dat het origineel met de voorzijde naar
De scanner doet het
beneden op de glasplaat is geplaatst.
niet.
•
Misschien is er niet voldoende geheugen vrij
voor het document dat u wilt scannen. Ga na of
de prescanfunctie werkt. Probeer een lagere
scanresolutie.
•
Controleer of de USB-kabel goed is
aangesloten.
•
Controleer of de USB-kabel beschadigd is.
Vervang de kabel door een andere kabel
waarvan u zeker weet dat die werkt. Vervang
de kabel indien nodig.
•
Controleer of de scanner correct is
geconfigureerd. Controleer de scaninstelling in
de SmarThru- configuratie of de toepassing die u
wenst te gebruiken om er zeker van te zijn dat de
scantaak naar de juiste poort wordt verzonden.
•
Kijk of het apparaat tegelijkertijd ontvangen
Het apparaat doet
gegevens afdrukt. Wacht in dat geval met
erg lang over een
scannen totdat de afdruktaak is voltooid.
scan.
•
Het scannen van afbeeldingen kost meer tijd
dan het scannen van tekst.
•
De communicatiesnelheid kan laag zijn in de
scanmodus omdat er veel geheugen nodig is
om de gescande afbeelding te analyseren
en te reproduceren. Stel de printerpoort van
uw computer in op de stand ECP (in de
BIOS-instellingen van de computer). De
communicatiesnelheid gaat dan omhoog. Zie
de gebruiksaanwijzing van uw computer voor
meer informatie over de BIOS-instellingen.
•
Het is mogelijk dat er een kopieer- of
Er verschijnt een
afdruktaak wordt uitgevoerd. Probeer het
bericht op het
opnieuw wanneer de andere taak is voltooid.
beeldscherm:
•
De geselecteerde poort is momenteel in
•
"Apparaat kan niet
gebruik. Start uw computer opnieuw op en
in de gewenste
probeer het nog een keer.
H/W-modus staan."
•
De printerkabel is niet goed bevestigd of het
•
"Poort wordt
apparaat is niet ingeschakeld.
gebruikt door een
•
Het scannerstuurprogramma is niet
ander
geïnstalleerd of de besturingsomgeving is
programma."
niet correct ingesteld.
•
"Poort is
•
Controleer of het apparaat correct is
gedeactiveerd."
aangesloten en is ingeschakeld. Start de
•
"Scanner is bezig
computer vervolgens opnieuw op.
met ontvangen of
•
De USB-kabel is wellicht niet goed
afdrukken van
aangesloten of het apparaat is niet
data. Probeer het
ingeschakeld.
opnieuw zodra de
huidige opdracht is
afgerond."
•
"Ongeldige
toegang."
•
"Scannen is
mislukt."
VOORGESTELDE OPLOSSING
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
