Overzicht
16
Symbool CAN-communicatie (blauw - nor-
male CAN-communicatie; rood - abnormale
CAN-communicatie)
17
Storingssymbool
18
Symbool voor de bestuurder (wanneer dit
symbool oplicht, betekent dit dat de bestuur-
der op de stoel moet zitten)
19
Symbool voor veiligheidsgordel vastmaken
20
Symbool voor batterijdeksel open
21
Parkeerremsymbool
22
Gele waarschuwing voor neutraal (gaat
branden wanneer een bedieningselement
Schakelaarpaneel
1
Blauw lampje
2
Werklamp voor
3
Werklamp achter
4
Voorruitwisser/achterruitwisser - intermitte-
rend/aan/wis-was
LET OP
De bovenstaande schakelaars kunnen worden weer-
gegeven, afhankelijk van uw werkelijke configuratie.
23
24
25
26
27
28
5
6
7
1292 801 1602 NL - 07/2024 - 04
Schakelaarpaneel
niet in de neutrale stand staat wanneer de
contactschakelaar van de truck wordt geo-
pend.)
Kruipsnelheidsmodus
Storing in de regeleenheid
Let op de documentatie van de truck
Motortemperatuur te hoog (geel)/oververhit
(rood)
Symbool voor batterij opladen
Onderhoudsindicator (licht op wanneer on-
derhoud nodig is)
Waarschuwingslampjes
Drukknop voor ruitverwarming
Andere zijn niet toegewezen
3
67