Bereid het gazon voor:
•
Het gras mag niet hoger zijn dan 60 mm wanneer de begrenzingsdraad wordt geplaatst. Als het hoger is, is het aan
te raden om het gazon eerst met een gewone grasmaaier te maaien. De draad kan dan zo dicht mogelijk bij de grond
worden gelegd, wat voorkomt dat de robotmaaier de draad doorsnijdt en dat mensen erover struikelen. Na korte
tijd zal de draad verdwijnen in de grasmat.
Leg de grensdraad:
•
Plaats het laadstation van de robot zoals aangegeven op je schets (aan de zijkant) en steek de startpin erin. Zorg
ervoor dat je 0,5 m extra kabel reserveert voor de uiteindelijke installatie van het docking station.
•
Leg je bekabeling losjes rond het werkgebied in de tuin volgens je schets. Je kunt het dan gemakkelijk aanpassen
terwijl je bezig bent.
•
Je kunt nu beginnen met het plaatsen van de haringen. Houd de gewenste afstand tot de rand (35 cm) aan met
behulp van je meetdozen. De afstand tussen de haringen mag niet meer zijn dan 1 meter. We raden aan om de
haringen dichter bij elkaar te plaatsen in de hoeken, die altijd minstens 100° moeten zijn.
•
Als er gebieden in je gazon zijn die je niet wilt laten maaien door je robot, omhein het gebied dan met
begrenzingsdraad zoals aangegeven.
Opmerking: max. 5 mm tussen inkomende en uitgaande grensdraad
•
Steek de laatste pin erin als je terug bent bij het laadstation.
•
Als de meegeleverde kabel van 100 m niet voldoende is, kunt u extra kabels aanschaffen. Gebruik de meegeleverde
kabelaansluitingen voor de installatie. Je hoeft de draadeinden niet te strippen voor de installatie.
Sluit de grensdraad aan op het laadstation:
•
De meegeleverde connectoren moeten op de kabel worden geklemd met een platte punttang.
•
Wanneer je de draadeinden aansluit op het laadstation, is er een IN-draad en een OUT-draad zoals aangegeven. De
IN-draad wordt door de draadhouder onder het laadstation geleid en moet worden aangesloten op de IN-stekker,
terwijl de OUT-draad moet worden aangesloten op de OUT-stekker (zie volgende afbeeldingen).
Manual_FX-RB218_Int24_rev1
(zie tekening).
126